NL
5.0.1 - AANSLUITING TOORTS
Sluit de toorts aan op de aansluiting aan de voorkant van de lasgroep,
zorg ervoor de contacten niet te beschadigen en zet vast door met de
hand in de aansluiting met schroefdraad aan te schroeven.
5.0.2 - DRAADTOEVOER
CONTROLEER OF DE GAS- EN ELEKTRISCHE TOEVOER
LOSGEKOPPELD ZIJN.
VOORALEER VERDER TE GAAN, VERWIJDERT U HET AANZETSTUK
EN DE CONTACTTOP VAN DE TOORTS.
Open het zijpaneel.
■
Los de moer (A) van de haspelhouder (positie 1) (remtrommel). In
■
geval u de draadhaspel vervangt, haalt u die eruit door te drukken
op het kliklipje (D) (Fig 16). Verwijder de plastic bescherming van
de haspel. Plaats die op de haspelhouder. Zet de borgmoer (A) vast
door naar positie 2 te draaien. (Fig. 16).
Op de groep kunnen ook
haspels met draad van 100 mm
diameter worden gebruikt. Volg
onderstaande instructies om te
monteren:
Verwijder de draadhaspel
■
(B) uit de haspelhouder
(C).
Los de moer (A), verwijder
■
de veer en de sluitring;
verwijder de spoelhouder
(C) uit de spil.
Plaats de haspel met draad
■
van 100mm diameter op de
spil; Monteer de sluitring en
de veer.
Zet de borgmoer (A) vast.
■
Haal de moer (A) aan volgens
het geschikte aanhaalmoment. Teveel druk belast de motor voor
draadtoevoer.
Te weinig druk zorgt dat de draadspoel niet onmiddellijk kan
stoppen op het einde van het lassen.
Draai de plastic knop los
■
en breng die naar beneden
(Fig.17). Open de drukarm
van de invoer. Trek de draad
uit de toortsvoering.
Wanneer de draad los is,
■
neemt u die met een tang
zodat de draad niet weg kan
uit de haspel. Recht de draad
indien nodig vooraleer die
in de draadinvoergeleider te
steken.
Leg de draad op de onderste
■
rol en in de toortsvoering.
WAARSCHUWING: HOUD DE TOORTS RECHT. WANNEER U
EEN NIEUWE DRAAD DOOR DE VOERING BRENGT, MOET U
CONTROLEREN OF DE DRAAD SCHOON IS AFGEKNIPT (GEEN
BRAMEN OF HOEKEN) EN OF ER MINSTENS 2 CM AAN HET UITEINDE
RECHT IS (GEEN KROMMINGEN). WANNEER U DEZE INSTRUCTIES
NIET OPVOLGT, KAN DE VOERING SCHADE OPLOPEN.
All manuals and user guides at all-guides.com
INSTELLING MIG/MAG-LASSEN
■
Zet lichtjes vast. Wanneer u teveel vastzet, raakt de draad geklemd,
waardoor de motor beschadigd kan raken. Als u niet genoeg vastzet,
zullen de rollen de draad niet invoeren.
WAARSCHUWING: WANNEER U DE GEBRUIKTE DRAADDIAMETER
WIJZIGT OF DE DRAADINVOERROL VERVANGT, DIENT U
TE CONTROLEREN OF DE CORRECTE GROEF VOOR DE
DRAADDIAMETER VANBINNEN GESELECTEERD IS, HET DICHTST
BIJ DE MACHINE. DE DRAAD IS AANGEDREVEN DOOR DE GROEF
BINNENIN. INVOERROLLEN ZIJN AAN DE ZIJKANT GEMARKEERD
MET IDENTIFICATIE VAN DE GROEF DIE HET DICHTST BIJ DIE
KANT IS.
■
■
De draad die door de motor van de draadtoevoer op variabele snelheid
wordt gevoed, moet door de voering glijden. Laat de toortsschakelaar los
wanneer de draad uit de hals van de toorts komt.
OPMERKING: NADAT DE TOORTSTRIGGER DRIE SECONDEN
IS
OPGEDREVEN ZODAT DE DRAAD SNEL UIT DE HALS VAN DE
TOORTS KAN KOMEN.
■
■
BRENG UW GEZICHT NIET IN DE BUURT VAN DE TOORTS TERWIJL
U CONTROLEERT OF DE DRAAD OP CORRECTE WIJZE UIT DE
TOORTS, DE DRAAD DIE NAAR BUITEN KOMT KAN U IMMERS
VERWONDEN.
BRENG UW VINGERS NIET IN DE BUURT VAN HET
INVOERMECHANISME WANNEER DIE AAN HET WERK IS!
Figuur 16
DE BEWEGENDE ROLLEN KUNNEN UW VINGERS PLETTEN.
CONTROLEER DE ROLLEN REGELMATIG. VERVANG ZE WANNEER
ZE VERSLETEN ZIJN EN DE NORMALE INVOER VAN DE DRAAD
BENADELEN.
Figuur 17
130-NL
Breng de drukarm naar beneden en plaats de drukknop.
Sluit het zijpaneel van de machine.
Sluit het voedingssnoer aan op het stopcontact. Zet de schakelaar
aan. Druk op de toortsschakelaar.
INGEDRUKT,
WORDT
DE
DRAADTOEVOERSNELHEID
Zet de machine uit.
Monteer de contacttop en het aanzetstuk.