Schroefverbinding van de staalbuis
handvast aandraaien.
Hogedrukslang met handspuitpistool
en hogedrukaansluiting van het appa-
raat verbinden en handvast aandraaien
(EASY!Lock).
Oliepeil van de hogedrukpomp
controleren
Oliepeil van de hogedrukpomp aan het
oliekijkglas controleren.
Apparaat niet in bedrijf nemen als het olie-
peil onder het midden van het oliekijkglas is
gedaald.
Indien nodig olie navullen (zie Techni-
sche gegevens).
Knip voor het eerste gebruik de punt
van het deksel van de olietank op de
waterpomp af.
Hoofdstuk „Veiligheidsinstructies" in
acht nemen!
Voor de inbedrijfstelling de gebruiks-
aanwijzingg van de motorfabrikant le-
zen en in het bijzonder de veiligheidsin-
structies in acht nemen.
Oliepeil van de motor controleren.
Apparaat niet in bedrijf nemen, als het
oliepeil gedaald is onder „MIN".
Indien nodig olie navullen.
Brandstof tanken
GEVAAR
Brand- en explosiegevaar!
– Apparaat nooit in gesloten ruimten, bij
lopende of hete motor bijtanken.
– Bij het tanken niet roken.
54
Motor
– Niet in de buurt van open vuur of von-
ken tanken.
– Brandstof niet morsen - gebruik een
trechter.
– Gemorste brandstof direct wegvegen.
– Na het tanken de jerrycan en de tank
naar behoren afsluiten.
Brandstoftank vullen met dieselbrand-
stof.
Wateraansluiting
Aansluitwaarden zie Technische gege-
vens.
Toevoerslang (minimumlengte 7,5 m,
minimumdiameter 3/4'') aan de water-
aansluiting van het apparaat en aan de
watertoevoer (bijvoorbeeld waterkraan)
aansluiten.
Watertoevoer openen.
Instructie: De toevoerslang behoort niet
tot het leveringspakket.
Water uit reservoir zuigen
GEVAAR
Zuig nooit water uit het drinkwaterreservoir.
Zuig nooit oplosmiddelhoudende vloeistof-
fen zoals verfverdunners, benzine of olie
op. De spuitnevel van oplosmiddelen is
zeer licht ontvlambaar, explosief en giftig.
Zuigslang (diameter minimum 3/4") met
filter (toebehoren) aansluiten aan de
wateraansluiting.
Reinigingsmiddel-doseerapparaat op
„0" stellen.
Apparaat voor de werking ontluchten.
Apparaat ontluchten
Schroefverbinding sproeikoppen eraf
schroeven en sproeier eraf nemen.
Motor overeenkomstig de gebruiksaan-
wijzing van de motorfabrikant starten.
Hendel van het handspuitpistool meer-
maals bedienen.
Apparaat laten draaien tot het water
zonder luchtbellen uit de straalpijp
komt.
Apparaat uitschakelen en sproeier op-
nieuw vastschroeven.
NL
– 5