Nederlands
• Houd tijdens het gebruik van de
grasmaaier een veilige afstand tot
andere personen en dieren aan.
• Draag tijdens het gebruik stevige
schoenen of laarzen. Draag een
veiligheidsbril en gehoorbescherming.
Draag een lange broek. Draag nooit
open sandalen en werk niet op blote
voeten.
• De maaibalk is scherp. Wees altijd
voorzichtig tijdens onderhoud van de
maaibalk.
• Trek de veiligheidssleutel er uit voordat
u onderhoud uitvoert.
• Gebruik de grasmaaier niet als u onder
invloed bent van alcohol of drugs.
• Gebruik de grasmaaier alleen overdag
of met voldoende kunstlicht.
• Verwijder alle voorwerpen en obstakels
van het gazon. Zorg ervoor dat het te
maaien oppervlak vrij is van stenen,
stokken, draad, botten, boomwortels of
andere voorwerpen die kunnen worden
weggeslingerd resp. geworpen.
• Start de motor alleen zoals aangegeven
in de handleiding. Houd voeten uit de
buurt van de maaibalk.
• Houd de grasmaaier tijdens het gebruik
stevig met uw handen vast.
• Ga niet rennen terwijl u de grasmaaier
gebruikt.
• Controleer voor elk gebruik of de
maaibalk, alle bouten en schroeven enz.
goed vastzitten. Als er onderdelen
versleten of beschadigd zijn, vervang
deze dan onmiddellijk. Vervang altijd de
complete set om onbalans te
voorkomen. Hierdoor zal de grasmaaier
altijd in veilige staat verkeren.
• Gebruik de grasmaaier niet met een
defecte opvangbak. Controleer altijd of
bewegende delen goed werken.
• Let bij het achteruitrijden altijd op
rommel om daar niet over te struikelen.
Let vooral op bij het achteruitrijden of
het achteruit naar u toe trekken van de
grasmaaier. Zorg er tijdens gebruik
altijd voor dat u niet uitglijdt of valt,
vooral wanneer u achteruitrijdt of van
richting verandert.
26
• Wees extra voorzichtig bij het naderen
van hoeken, struiken, bomen, hekken of
andere voorwerpen die het zicht kunnen
belemmeren. Wees voorzichtig bij het
werken in de buurt van glazen wanden,
auto's, enz.
• Beveilig de grasmaaier tegen wegrollen.
• Wees zeer voorzichtig bij het werken op
hellingen. Probeer niet om zeer steile
hellingen te maaien. Werk altijd dwars
op een helling en niet recht omhoog of
recht naar beneden. Maaien in de buurt
van taluds kan gevaarlijk zijn. Zorg
ervoor dat u altijd stevig staat op
hellende grond of nat gras. Als u niet
stevig staat kan dat leiden tot uitglijden.
Wees zeer voorzichtig bij het
veranderen van de maairichting op een
helling.
• Trek de grasmaaier niet terug als dit niet
echt nodig is. Kijk altijd naar beneden
en achter u voordat u de grasmaaier
terugtrekt.
• Kantel de grasmaaier niet wanneer u de
motor start.
• Vermijd het gebruik van de grasmaaier
in zeer natte omstandigheden.
• Plaats uw handen en voeten niet in de
buurt van draaiende delen.
• Schakel de motor uit en verwijder de
veiligheidssleutel om onbedoeld
gebruik te voorkomen,
— voordat u de grasmaaier controleert,
reinigt of onderhoudt of
— nadat de grasmaaier een vreemd
voorwerp heeft geraakt. Controleer
de grasmaaier op beschadigingen en
laat de grasmaaier repareren
voordat u deze weer gebruikt,
— als de grasmaaier overmatig trilt.
• Schakel de motor uit als u de
grasmaaier niet wordt gebruikt en
voordat u de grasopvangbak leegt.
• Schakel de motor uit en wacht tot de
maaibalk volledig tot stilstand is
gekomen voordat u de grasopvangbak
verwijdert.