worden gebruikt voor een voorafgaande
evaluatie van de blootstelling.
Een waarschuwing die stipuleert dat
de emissie van trilling in de loop van het
werkelijke gebruik van het elektrische
instrument kan verschillen van de aangegeven
totale waarde, volgens de gebruiksmethodes
van het instrument; door de noodzaak aan te
geven de veiligheidsmaatregelen te identificeren
met de bedoeling de operator te beschermen,
welke gebaseerd zijn op een raming van de
blootstelling in de werkelijke
gebruiksomstandigheden (rekening houdend
met alle bestanddelen van de werkingscyclus,
zoals de stoptijden van het instrument en de
werkingstijden in rust, naast de uitschakeltijd)
3. Installatie (Zie Fig.1)
GEVAAR
Risico voor
electrische
schokken
buizen beschermen tegen
WAARSCHUWING
Om ernstig persoonlijk letsel te
voorkomen, is het absoluut
verboden de handen in de
opening van de pomp te steken,
GEVAAR
indien de pomp is aangesloten
aan het voedingsnet.
Gebruik een aanzuigleiding (2) van gelijke diameter
als die van de aanzuigopening van de electrische
pomp (1).
In het geval dat de hoogte (HA) de 4 meter
overtreft, moet men een buis met grotere doorsnede
gebruiken. De aanvoerleidingen moeten luchtdicht
zijn. Ze mogen ook geen zwanehalzen en/of naar
beneden hellende stukken hebben:
deze kunnen de vorming van luchtzakken
bevorderen waardoor de electrische pomp niet meer
goed kan werken. Aan het onderste uiteinde van
deze leiding moet een klep (3) met filter (4) worden
gemonteerd, ongeveer een halve meter onder het
niveau van de te pompen vloeistof (HI)
Aangeraden wordt om direct op de uitgang
een antiterugloopklep (6) te monteren, om schade
ten gevolge van "terugslag" te voorkomen.
Alle handelingen
betrekking hebbend op de
installering moeten
uitgevoerd worden met de
pomp los van het
voedingsnet.
De elektropomp en alle
bevriezing en tegen
WAARSCHUWING
weersomstandigheden.
Na deze antiterugloopklep is het goed om ook een
afsluitklep (7) te monteren, hierdoor worden
onderhoudsingrepen gemakkelijker. De leidingen
moeten zodanig worden gemonteerd, dat eventuele
trillingen, spanningen en gewichten niet bij de pomp
komen. De leidingen moeten de korst mogelijk weg
volgen, zonder teveel bochten. Controleer tenslotte
dat de motor in een geventileerde omgeving is
geïnstalleerd.
In het geval van vaste installaties raadt men aan om
de electrische pomp op het steunoppervlak te
bevestigen, de installatie met een flexibel stuk slang
aan te sluiten en tussen het steunoppervlak en de
pomp een laag rubber (of ander trillingsdempend
materiaal) te steken, om de trillingen te
verminderen.
De plaats van installatie moet stabiel en droog zijn.
Controleren dat de motor goed geventileerd is.
OPGELET!!!
De montage van zowel de aanzuig- als van de
uitgaande leiding moet met de maximale zorg
worden uitgevoerd.
Controleer dat alle schroefaansluitingen
hermetisch dicht zijn. Wel moet men een te hoge
belasting voorkomen tijdens het aandraaien van
de schroefaansluitingen of van andere
componenten. Gebruik een Teflonband voor
het hermetisch sluiten van de aansluitstukken.
Bovendien moet de pomp niet onder water kunnen
lopen.
Men wordt verzocht om zich te wenden tot een
gespecialiseerde electriciën.
4 Elektrische aansluiting
WAARSCHUWING
GEVAAR
Risico voor
electrische
schokken
GEVAAR
Risico voor
electrische
schokken
14
Nagaan of de spanning en
de frekwentie, zie plaatje,
overeenkomen met die van
het beschikbare
voedingsnet.
De man die
verantwoordelijk is voor
de installatie moet nagaan
of de elektrische
voedingsinstallatie
voorzien is van een
doeltreffende
grondaarding volgens de
geldende normatieven.
Het is nodig na te gaan of
de elektrische
voedingsinstallatie
voorzien is van een
differentiele schakelaar
met hoge gevoeligheid
Ä =30 mA (DIN VDE
0100T739).