Descargar Imprimir esta página

Flo 89611 Manual página 49

Publicidad

Idiomas disponibles
  • MX

Idiomas disponibles

  • MEXICANO, página 39
NL
Wees extra voorzichtig bij het vullen van de tank. Koppel de accu los van het apparaat voordat u het vult. In geval van spatten,
natte oppervlakken grondig drogen voordat u de sproeier gebruikt.
Tijdens het gebruik is het verboden de spuit ondersteboven te draaien, wat kan leiden tot onomkeerbare schade aan de pomp.
Schakel het apparaat niet in als de tank leeg is! Dit kan leiden tot onomkeerbare schade aan de pomp.
BEDIENING VAN HET PRODUCT
Voorbereiding van het apparaat op het werk
Let op! Controleer vóór alle montage- en afstelwerkzaamheden of het apparaat is uitgeschakeld en dat de schakelaar in de
O-stand staat
Inspecteer het apparaat visueel, als er schade wordt geconstateerd, ga dan niet verder met werken voordat u deze verwijdert.
Assemblage van de lans (II)
Breng aan het einde van de lans de moer, het kleminzetstuk en de afdichting aan. Steek het uiteinde van de lans in het gat in het
handvat en draai deze vast door de moer op de schroefdraad rond het gat in de lans te schroeven. Draai de moer vast zonder
gereedschap en met voldoende kracht om een goede verbinding te garanderen. Te strak aandraaien van de moer kan schade aan
de schroefdraad of bevestigingsmiddelen van de lans veroorzaken.
Als de spuitdop niet aan het andere uiteinde van de lans is gemonteerd, moet deze op dezelfde manier worden gemonteerd als
de lans aan de handgreep.
Het vullen van de tank (III)
Schroef de tankvuldop los, de tankvuldop is uitgerust met een afneembaar fi lter. Verwijder het fi lter niet voor andere doeleinden
dan het reinigen. Vul de tank altijd door een fi lter dat mechanische verontreiniging tegenhoudt. Verontreiniging van de tank kan
de pomp van het apparaat beschadigen, de spuitdop verstoppen en het apparaat beschadigen. Na het vullen van de tank het
deksel vastschroeven.
Accu opladen (IV)
Let op! Zorg ervoor dat de apparaatschakelaar in de uit-stand - O staat voordat u de stekker van de oplader aansluit.
De accu moet vóór het eerste gebruik worden opgeladen. Voor het opladen mag alleen de meegeleverde lader worden gebruikt.
Het gebruik van een andere oplader kan schade aan het product, elektrische schokken en brand veroorzaken. Trek het deksel
van het stopcontact terug en steek de stekker van de oplader in het stopcontact. Sluit de lader aan op een netstopcontact. Het
laadproces van de accu start.
Het apparaat heeft een elektrische diode-indicator gemarkeerd met de letter V. Wanneer de rode diode oplicht, begint het laadpro-
ces. Wanneer de groene LED gaat branden is het laadproces beëindigd. Als de oranje LED brandt, is de accu leeg. Als dit lampje
tijdens het gebruik brandt, moet u de werking stoppen, het apparaat uitschakelen en de accu opladen.
Let op! Het apparaat dat op de oplader is aangesloten, kan niet worden gebruikt om ermee te werken. De werkzaamheden kunnen
alleen worden gestart nadat het opladen van de accu is voltooid.
Behandeling van gelaccu's
Het apparaat wordt gevoed door een gelaccu. Een dergelijke accu is een soort loodzuuraccu waarin de elektrolyt, in plaats van
vloeibare vorm, voorkomt in de vorm van een gel. Als gevolg hiervan veroorzaakt het kantelen van de accu geen elektrolytlekkage.
De accu hoeft niet te worden aangevuld met elektrolyten. De accu heeft geen geheugeneff ect en kan op elk gewenst moment
worden opgeladen. Het wordt echter aanbevolen om de accu tijdens normaal gebruik eenmaal per 6 maanden volledig op te
laden en vervolgens volledig op te laden met een oplader. Gooi de afgedankte accu weg volgens de lokale voorschriften voor het
omgaan met afgedankte accu's.
De sproeier starten (V)
Let op! Zorg ervoor dat de hendel van de lans niet is ingedrukt voordat u de spuit start.
De sproeier wordt gestart door de schakelaar in de stand - I te zetten.
De pomp wordt uitgeschakeld nadat de schakelaar op O is gezet - uitgeschakeld.
Sproeien
Richt na het starten van de sproeier de uitlaat van de spuitdop op een veilige plaats, bijvoorbeeld in een emmer of een vat. De
trekker in de lanshouder (VI) indrukken en vasthouden. Let op de straal van de spuitdop. Zorg ervoor dat de stroom homogeen
en continu is. Als er onderbrekingen in de stroom of de heterogene vorm ervan worden gedetecteerd, laat u de druk op de trekker
van de lanshandgreep los. Schakel het apparaat uit, koppel de accu los en controleer de spuitdop op obstructie, of vervang de
spuitdop door een nieuwe.
Als de stroom homogeen en continu is, kan het sproeien worden gestart.
Het spuitvermogen kan worden aangepast met behulp van een knop. De knop toont een indicator die de draairichting aangeeft
om de prestatie te wijzigen.
O O R S P R O N K E L I J K E
I N S T R U C T I E S
49

Publicidad

loading