9. TABEL VAN ALARMEN
De ledlamp op het bedieningspaneel geeft de status van het toestel weer
Deze led toont de alarmcodes (zie tabel) in geval van storingen van de onderdelen of
waarschuwingen ( vervanging van de filters, by-pass manuele modus, toevoer
temperatuur <11ºC). Afhankelijk van het risico niveau van de alarmcode, zal de
bediening de nodige maatregelen nemen. Indien nodig, zal het toestel stoppen voor
veiligheidsredenen.
Prioriteit
Alarm/Status
1
Storing Afvoerventilator
2
Storing Toevoerventilator
3
Temperatuur toevoer <11ºC
ODA sensor storing(verse
4
buitenlucht)
5
SUP sensor storing (toevoer woning)
6
ETA sensor storing(extractiewoning)
7
EHA sensor storing (uitblaas buiten)
8
Storing Filtervervuiling
9
By-pass manuele modus AAN
10
Vorstbeveiliging actief
Knippert: A=0,75s; Interval: B= 3s
1
A
B
2
A A A
B
3
A A A A A A A
4
A A A A A A A A A
5
A A A A A A A A A A A
A A A A A A A A A A A A A
6
7
A A A A A A A A A A A A A A A
8
9
10
A A A A A A A A A A A A A A A A A A
LED
Rode LED, knippert 1
keer
Rode LED, knippert 2
keer
Rode LED, knippert 4
keer
Rode LED, knippert 5
keer
Rode LED, knippert 6
keer
Rode LED, knippert 7
keer
Rode LED, knippert 8
keer
Rode led brandt continu
Groene led brandt
continu
Groene led knippert
B
B
B
B
.
Actie
Toestel stopt
Toestel stopt
Toestel stopt. Elke 2 uur start
de eenheid voor 5 minuten
om te controleren of
omstandigheden de normale
werking toelaten.
Normale werking
Normale werking
Normale werking
Normale werking
Normale werking
Normale werking
vorstbeveiligingsmanagement
B
81