20 Bij het werken aan warme onderdelen, zoals bijv.
krimpfittings, is het raadzaam warmtebestendige
handschoenen
te
dragen,
beschermende kleding, indien noodzakelijk.
21 Controleer bij werken met ademhalingsfilters van
het patroontype dat het juiste type patroon gebruikt
wordt en dat de gebruiksdatum niet verlopen is.
22 Zorg ervoor dat olie, oplosmiddelen en andere
vervuilende stoffen op een milieuvriendelijke
manier worden verwijderd.
23 Na
het
uitvoeren
van
reparatiewerken en alvorens de generator voor
gebruik vrij te geven, moet u de generator laten
proefdraaien en controleren of de geleverde
wisselstroom correct is. Bovendien dient te worden
gecontroleerd
of
de
uitschakelapparatuur goed functioneert.
1.6
Veiligheid bij het gebruik
van gereedschappen
Gebruik voor elk werk het gepaste gereedschap.
Ongevallen worden voorkomen door kennis betreffende
het juiste gebruik van gereedschappen en de grenzen van
een veilig gebruik, samen met gezond verstand.
Er is speciaal gereedschap verkrijgbaar voor bepaalde
werkzaamheden. Dit moet worden gebruikt wanneer dit
wordt geadviseerd. Door dit gereedschap te gebruiken,
bespaart u tijd en voorkomt u beschadiging van de
onderdelen.
1.7
Speciale
veiligheidsvoorschriften
alsook
andere
Bij het verrichten van werkzaamheden aan batterijen
dient
u
altijd
veiligheidsbril te dragen.
1
De
elektrolyt
zwavelzuuroplossing, die ernstig letsel aan de ogen
kan toebrengen en brandwonden kan veroorzaken
wanneer hij in aanraking komt met de huid. Wees
daarom voorzichtig bij het hanteren van batterijen,
onderhouds-
of
bijv. bij het controleren van de lading.
2
Breng een waarschuwingsbord aan dat vuur, open
vlammen en roken verbiedt op de plaats waar de
batterijen opgeladen worden.
besturings-
en
3
Wanneer batterijen opgeladen worden vormt zich in
de cellen een explosief gasmengsel dat door de
ontluchtingsgaten in de pluggen kan ontsnappen.
Zo kan er bij slechte verluchting een explosieve
atmosfeer rond de batterij ontstaan, die gedurende
meerdere uren na het laden in en rond de batterij
kan blijven hangen. Daarom:
- nooit roken in de nabijheid van batterijen die
opgeladen worden of pas opgeladen zijn,
- nooit onder stroom staande circuits bij de
batterijklemmen onderbreken, omdat dit meestal
een vonk veroorzaakt.
4
Als een hulpbatterij (AB) met startkabels parallel
aan de machinebatterij (CB) gekoppeld wordt: sluit
de + pool van AB aan op de + pool van CB en sluit
vervolgens de - pool van CB aan op de massa van
de machine. In omgekeerde zin loskoppelen.
beschermende
kleding
en
een
in
batterijen
is
een
- 126 -