NL
Gebruik een fi lter in het afzuigsysteem.
Als het uiteinde van de zuigslang neergelaten wordt in een tank, waarvan de bodem veront-
reinigd is met b.v. zand of slib, of de watertank heeft geen harde bodem, zorg er dan voor
dat het uiteinde van de slang met het fi lter niet helemaal tot op de bodem neergelaten wordt.
Een pomp die vuil aanzuigt zal minder effi ciënt werken. Bovendien zal vervuiling leiden tot
snellere slijtage van de pomp. Overmatige vervuiling kan leiden tot verstoppingen in de in-
laatopeningen van de pomp, die schade aan de pomp kunnen veroorzaken.
Het is verboden om water te putten uit tanks waarin zich mensen bevinden.
Zorg ervoor dat het uiteinde van de zuigslang met fi lter zich altijd onder het vloeistofopper-
vlak bevindt.
Het toestel moet horizontaal worden geplaatst. Het kantelen of ondersteboven draaien van
de pomp leidt tot storingen, vermindert de prestaties en kan de pomp beschadigen.
Het is verboden om openingen te boren in het product of andere modifi caties aan te brengen
die niet zijn beschreven in deze handleiding.
Verplaats het toestel door de handgreep of de behuizing vast te pakken. Verplaats het toestel
niet door aan de slang te trekken.
Aanbevelingen omtrent het aansluiten van het toestel op de stroom
Het toestel mag alleen worden gevoed door een YATO lithium-ionaccu met een nominale
spanning van 18 V. Het is verboden om de aansluiting of de accu aan te passen om in elkaar
te passen. Houd de elektrische contacten van de accu en de stopcontacten schoon. Sluit de
accu-aansluitingen niet kort om de lading te controleren.
BEDIENING VAN HET PRODUCT
Voorbereiding van het product op het werk
Let op! Alle handelingen beschreven in dit punt moeten plaatsvinden met losgekoppelde voeding van het product. Zorg ervoor dat
de accu losgekoppeld is van het toestel.
Het product moet worden uitgepakt en alle verpakkingselementen volledig worden verwijderd. Het wordt aanbevolen om de ver-
pakking te bewaren, deze kan nuttig zijn bij het latere transport en de opslag van het toestel.
Controleer het toestel op schade. Als er schade wordt vastgesteld, mag het toestel niet worden gebruikt vooraleer de schade is
verwijderd of de beschadigde onderdelen zijn vervangen door nieuwe onbeschadigde.
De richting van de vloeistofstroom door de pomp wordt aangegeven door de pijl op de pompbehuizing.
Sluit de slangen aan op de inlaat en uitlaat van de pomp. Het uiteinde van de slang moet op de aansluitklem worden geschoven
en vervolgens worden bevestigd met een klem. De slangklem mag niet te strak worden aangedraaid, om de slang niet te be-
schadigen.
De slang die op de pompinlaat is aangesloten moet wanden hebben die stijf genoeg zijn om niet te bezwijken onder het vacuüm
dat door de pomp wordt opgewekt.
Controleer voor het aansluiten van de accu of de aan/uit-schakelaar van het toestel in de uit-stand (O) staat.
Het accuvak bevindt zich onder het vergrendelde deksel. Houd de dekselvergrendeling ingedrukt en til deze vervolgens op (II).
Schuif de accu in de sleufgeleiders totdat het vergrendelmechanisme vastklikt. Na het plaatsen van de accu, vergrendelt u het
accucompartiment.
De pomp is bedrijfsklaar
Veiligheidsinstructies voor het opladen van de oplaadbare accu
Let op! Alvorens op te laden moet u controleren of de behuizing van de voeding, het snoer en de stekker niet gebarsten of be-
schadigd zijn. Het is verboden om een defect of beschadigd oplaadstation en stroomvoorziening te gebruiken! Gebruik alleen het
bijgeleverde laadstation en de bijgeleverde netadapter om de batterijen op te laden. Gebruik van een andere voeding kan brand of
beschadiging van het gereedschap tot gevolg hebben. Het opladen van de accu kan alleen plaatsvinden in een afgesloten ruimte,
droog en beveiligd tegen onbevoegde toegang, vooral van kinderen. Gebruik het laadstation en de stroomconvertor niet zonder
voortdurend toezicht van een volwassene! Als het nodig is de laadruimte te verlaten, koppelt u de lader los van het lichtnet door
O O R S P R O N K E L I J K E
I N S T R U C T I E S
74