4.0 UITPAKINSTRUCTIES
Open de doos en neem het product eruit.
Controleer het product na het uitpakken op volledigheid of schade. Latere klachten kunnen niet
in behandeling worden genomen.
5.0 MONTAGE (Afbeeldingen pagina 2)
1.
Leg een handdoek of een zachte mat neer om beschadiging te voorkomen. Leg de kachel
met de voorkant naar beneden op de vloer zoals afgebeeld. Vouw (a) het linker zijpaneel en
(b) de opening van het rechter zijpaneel in een hoek van 90°. Bevestig de linker- en
rechterzijpanelen aan het (e) voorpaneel met 6 schroeven (ST4x8). (zie afbeelding ②)
2.
Bevestig twee wielen direct aan de onderkant van het voorpaneel en bevestig twee wielen
aan de (c) bodemplaat met 2 meegeleverde moeren (M8).
Gebruik de 4 schroeven (M5x8) om de bodemplaat aan de linker- en rechterzijpanelen te
bevestigen. (zie afbeelding ③)
3.
Bevestig de bodemplaat aan het voorpaneel met 2 schroeven (ST4x8). (zie afbeelding ④)
4.
Bevestig de (d) bovenste plaat aan de twee zijpanelen met 8 schroeven (ST4x8). (zie
afbeelding ⑤)
5.
Steek de plastic regelknop in het gasventiel. (zie afbeelding ⑥)
6.
Hang de (f) achterwand aan de twee zijpanelen nadat u de gasfles op de bodemplaat hebt
geplaatst. (zie afbeelding ⑦)
5.1 VOOR INGEBRUIKNAME
1.
Zorg ervoor dat de verwarmingselementen en andere delen van de kachel vrij zijn van
verpakking of andere vervuiling.
2.
Monteer de meegeleverde gasslang voorzichtig zonder deze te draaien of te knikken. Sluit
hiervoor het ene uiteinde van de slang aan op de aansluiting van het gasventiel (verstuiver)
en het andere uiteinde op de aansluiting van de meegeleverde drukregelaar. Zet de
slanguiteinden vast aan de aansluitingen met slangklemmen.
3.
Plaats de afdichting in de wartelmoer van de regelaar en controleer of deze intact is voordat
u de moer voorzichtig op de uitlaat van een gasfles draait (een gasfles wordt niet
meegeleverd). De slang mag hierbij niet verdraaid worden.
4.
Controleer of er geen gaslekken zijn door langzaam aan de gasdrukregelaar (terugslagklep
van de gasfles) te draaien.
Voer hiervoor een lektest uit.
Gebruik nooit lucifers of aanstekers om te controleren op gaslekken!
Om op lekkage te controleren, spuit u alle door u gemaakte schroefverbindingen in met
lekdetectiespray met de gasfleskraan open en de drukregelaar aangesloten. Als er een lek is,
zullen zich op dit punt bellen vormen. Sluit in dit geval direct het ventiel op de
gasfles en draai de schroefverbindingen nog een keer vast. Herhaal vervolgens de lektest
opnieuw. Als het lek na meerdere pogingen aanhoudt, neem dan contact op met uw
klantenservice.
5.
Plaats de gasfles in de gaskachel en sluit de achterwand.
6.
Plaats de kachel op de beoogde plaats van gebruik, met inachtneming van de regels en
voorzorgsmaatregelen beschreven in deze handleiding.
53
www.DEUBAXXL.de