8.7
Minimumtemperatuur instellen
Met de minimumtemperatuurfunctie daalt de warmwater-
temperatuur niet tot onder 38 °C. De hulpverwarming
(verwarmingselement) ondersteunt daarbij de warmtepomp
tot een warmwatertemperatuur van 43 °C bereikt is.
Afhankelijk van parameterselectie bij de instelling van het
ontlastingsniveau is de minimale temperatuurfunctie tijdens
dagstroomperiodes onder omstandigheden niet beschikbaar.
INST. MENU → PARA METER → TEMP. MINI
▶
Druk de draaiknop in.
▶
Draai aan de draaiknop en selecteer de warmwatertem-
peratuur van 43 °C.
▶
Bevestig de selectie door de draaiknop in te drukken.
▶
Druk de menutoets in om bij de oorspronkelijke weergave
te komen.
8.8
Ventilatormodus instellen
▶
Draai aan de draaiknop om de modus in te stellen INST.
MENU PARA METER VENT.MODUS.
◁
1 = Ventilatorwerking alleen indien warmtepomp in
werking. Het ventilatortoerental past zich automatisch
aan de behoefte van de warmtepomp aan.
◁
2 = Ventilatorwerking alleen indien warmtepomp in
werking. De ventilator loopt met maximaal toerental.
◁
3 = Ventilatorwerking alleen indien warmtepomp
in werking of indien externe regeling dit toestaat
(Hygrostat)
8.9
Ventilatormodus instellen
▶
Draai aan de draaiknop om de modus in te stellen INST.
MENU PARA METER VENT.MODUS.
◁
1 = Ventilatorwerking alleen indien warmtepomp in
werking. Het ventilatortoerental past zich automatisch
aan de behoefte van de warmtepomp aan.
◁
2 = Ventilatorwerking alleen indien warmtepomp in
werking. De ventilator loopt met maximaal toerental.
(instelling van de Performance-Test)
◁
3 = Ventilatorwerking alleen indien warmtepomp
in werking of indien externe regeling dit toestaat
(Hygrostat)
8.10
Maximale verwarmingstijd instellen
1.
Als u deze functie inschakelt, wordt de laadtijd van
de warmwaterboiler verkort. INST. MENU → PARA
METER → MAX. TIJD.
2.
Druk de draaiknop in.
3.
Draai aan de draaiknop om de maximale verwarmings-
tijd door de warmtepomp in te stellen (Auto /aantal
uren).
◁
In de modus Auto optimaliseert het product het
gebruik van de energiebronnen (warmtepomp en
hulpverwarming) om het opwarmen binnen 5 uur
vanaf het begin van de lagetarieftijd af te sluiten.
–
Met de instelling Auto gebruikt het product de
hulpverwarming alleen tijdens het laag tarief en
de geprogrammeerde tijdvensters. De warmte-
pomp wordt prioritair gebruikt. De hulpverwar-
ming wordt zo laat mogelijk bijgeschakeld voor
de verwarming.
–
Als het toestel niet aan het hoge-/lagetariefcon-
tact van het energiebedrijf aangesloten is, kan
het toestel het begin van de periode van 5 uur
8000015884_00 Installatie- en onderhoudshandleiding
niet herkennen en de functie Auto blijft dus niet
actief.
◁
In de aantal-uren-modus optimaliseert het product
het gebruik van de energiebronnen (warmtepomp
en hulpverwarming) om de ingestelde temperatuur
binnen n uur vanaf het begin van de opwarming te
bereiken.
–
Hoe korter de maximale verwarmingstijd is inge-
steld, des te vaker wordt de hulpverwarming in-
geschakeld en des te hoger zijn energieverbruik
en ook de -kosten.
Aanwijzing
Het beschikbare vermogen is afhankelijk
van de geprogrammeerde ontlastingstrap
en de geprogrammeerde periode (Comfort,
Eco, Vorstbescherming, hoog/laag tarief).
4.
Bevestig de selectie door de draaiknop in te drukken.
5.
Druk de menutoets in om bij de oorspronkelijke weer-
gave te komen.
8.11
Tellerstand aflezen
1.
Wanneer u de tellerstanden van het product wilt afle-
zen, kiest u dit menu INST. MENU TELL ERS.
2.
Druk in het menu TELL ERS de draaiknop in.
◁
Nr. 1 = Aantal schakelingen warmtepomp
◁
Nr. 2 = Aantal schakelingen van het verwarmings-
element
◁
Nr. 3 = Functie gedeactiveerd
◁
Nr. 4 = Aantal bedrijfsuren van de compressor
3.
Druk de menutoets in om bij de oorspronkelijke weer-
gave te komen.
8.12
Bedieningselementen blokkeren
1.
Draai aan de draaiknop tot het menu BLOK KEREN
weergegeven wordt.
–
Als de bedieningselementen geblokkeerd zijn, kunt
u alleen de foutcodes resetten of de bedieningsele-
menten deblokkeren INST. MENU BLOK KEREN.
2.
Bevestig door de draaiknop in te drukken.
3.
Draai aan de draaiknop om het automatische blokkeer-
niveau in te stellen.
◁
nee = de automatische blokkering is niet actief.
◁
Auto = de bedieningselementen worden 60 secon-
den na de laatste invoer geblokkeerd. Zo deblok-
keert u de bedieningselementen (→ Pagina 226).
◁
Pro = de bedieningselementen worden 300 secon-
den na de laatste invoer geblokkeerd. Zo deblok-
keert u de bedieningselementen (→ Pagina 226).
4.
Bevestig de selectie door de draaiknop in te drukken.
5.
Druk de menutoets in om bij de oorspronkelijke weer-
gave te komen.
225