▸
Gebruik het apparaat niet wanneer het
niet geheel gebruiksklaar is.Controleer
of bewegende apparaatelementen
zonder beperkingen werken en niet
klemmen.Wanneer het apparaat of een
bedieningselement ervan niet intact is, moet het
worden gerepareerd om gevaren uit te sluiten.
▸
Gebruik geen beschadigde werktuigen.
Controleer voorafgaand aan ieder
gebruik het werktuig op schade en
slijtage. Gebruik alleen een onbeschadigd
werktuig.
▸
Onderbreek de luchttoevoer voordat u
instellingen aan het apparaat uitvoert,
accessoires vervangt of wanneer u
het lange tijd niet gebruikt.Zo wordt een
onbedoelde inbedrijfname van het apparaat
voorkomen.
▸
Apparaten moeten worden bewaard
buiten het bereik van kinderen.
Personen die niet vertrouwd zijn met
het apparaat of deze handleiding niet
hebben gelezen, mogen het apparaat
niet gebruiken.Dergelijke apparaten zijn
gevaarlijk in de handen van onervaren personen.
▸
Houd snijwerktuigen scherp en proper.
Zorgvuldig onderhouden snijwerktuigen met
scherpe snijkanten raken minder vaak klem en
worden gemakkelijker gehanteerd.
▸
Ondersteun bij het doorslijpen het
werkstuk zo dat de spleet tijdens de
gehele bewerking een constante of
toenemende breedte heeft.
▸
Indien zich bij het doorslijpen het
slijpmiddel in de doorslijpsnede klem
raakt, schakelt u het apparaat uit
voordat u het slijpmiddel losmaakt.
Voordat u doorgaat met werken, dient u te con-
troleren of het slijpmiddel nog correct bevestigd
en onbeschadigd is.
▸
Slijpschijven en doorslijpschijven mogen
niet gebruikt worden om zijkanten te
slijpen (uitzondering: slijpschijven voor
zijkanten).Overschrijd het maximale toerental
van het apparaat niet.
68
Bijzondere veiligheidsaanwijzingen
▸
Bij een breuk van het apparaat, het
werkstuk of een accessoire kunnen
brokstukken met hoge snelheid
rondgeslingerd worden.
▸
Zorg ervoor dat het gebruikte werktuig
compatibel is met het apparaat. Het
werktuig moet op de spindel passen en
stevig opgespannen kunnen worden.
Schroeftype en -grootte moeten
overeenstemmen met het apparaat.
Er moet verzekerd worden dat het
slijpmiddel stevig bevestigd is.Ongeschikte
werktuigen draaien ongelijkmatig, trillen sterk
en kunnen leiden tot controleverlies over het
apparaat.
▸
Gebruik alleen geschikte en door de
fabrikant aanbevolen accessoires die
geschikt zijn voor uw werk.
▸
Zorg ervoor dat het maximale
bedrijfstoerental van het slijpmiddel
gelijk aan of hoger is dan het gemeten
toerental van de spindel. Er mogen geen
borstels op het apparaat aangebracht worden
waarvan het toerental hoger is dan het maximale
toegelaten toerental voor borstels.
▸
Controleer regelmatig de beschermkap.
De beschermkap moet stevig aan het
apparaat aangebracht worden en in
goede toestand zijn. Deze moet zo
ingesteld zijn dat het kleinst mogelijke
deel van het slijpmiddel open naar de
operator wijst. De beschermkap beschermt
de operator tegen brokstukken, een toevallig
contact met het slijpmiddel en vonken.
▸
Zorg ervoor dat uw hand nooit in de
buurt van draaiende werktuigen komt.
Verwondingsgevaar!
▸
Werktuigen kunnen bij langdurig
gebruik heet worden.Kanten van het
werktuig kunnen bovendien scherp zijn.
Draag veiligheidshandschoenen.
▸
Zowel operatoren als het
onderhoudspersoneel van het apparaat
moet fysiek in staat zijn om de grootte,
het gewicht en het vermogen van het
apparaat aan te kunnen.Gevaar voor
controleverlies!