NL
oordeling van de blootstelling aan trilling bij gebruik
van de machine voor de vermelde toepassingen.
• Het gebruik van de machine voor andere toe-
passingen, of met andere of slecht onderhou-
den accessoires, kan het blootstellingsniveau
aanzienlijk verhogen.
• Wanneer de machine is uitgeschakeld of wan-
neer deze loopt maar geen werk verricht, kan dit
het blootstellingsniveau aanzienlijk reduceren.
Bescherm uzelf tegen de gevolgen van trilling door de
machine en de accessoires te onderhouden, uw han-
den warm te houden en uw werkwijze te organiseren.
BESCHRIJVING
De nummers in de tekst verwijzen naar de diagram-
men op pagina 2 -5.
1. Aan/Uit-schakelaar
2. Knop voor vergrendeling in de Uit-stand
3. Vergrendelingsknop voor sleufdiepte
4. Schaalverdeling voor sleufdiepte
5. Asvergrendelingsknop
6. Beschermkap
7. Grondplaat
8. Geleideroller
9. Aansluiting stofafzuiging
10. Hoofdhandgreep
11. Hulphandgreep
12. Inbusschroeven
13. Inbussleutel
14. As
15. Buitenste flens
16. Flenssleutel
17. Zaagschijf
18. Tussenringen
19. Zaagschijf
20. Askraag
21. Binnenste flens
22. Adapter stofafzuiging
23. Laser
24. Aan/uit-schakelaar voor laser
25. Batterijcompartiment
3. ASSEMBLAGE
Schakel voor assemblage altijd de machine
uit en verwijder de netstekker uit het
stopcontact.
24
Vervangen van de doorslijpschijven (fig. B D)
Versleten of beschadigde doorslijpschijven moeten
onmiddellijk worden vervangen.
- Gebruik uitsluitend scherpe en
onbeschadigde doorslijpschijven.
- Gebruik uitsluitend doorslijpschijven die
geschikt zijn voor het te bewerken
materiaal.
- Gebruik uitsluitend doorslijpschijven
met een maximaal toegestane snelheid
die gelijk is aan of hoger is dan de
maximale snelheid van de machine in
onbelaste toestand.
- Gebruik uitsluitend doorslijpschijven die
geschikt zijn voor droog frezen.
- Vervang beide doorslijpschijven altijd
tegelijkertijd.
- Probeer nooit de beschermkap te
verwijderen.
• Plaats de machine op een stabiel oppervlak.
• Draai de inbusschroeven (12) los met behulp van
de inbussleutel (13).
• Draai de vergrendelingsknop (3) los en breng de
zool (7) naar beneden.
• Verwijder de beschermkap (6).
• Houd de asvergrendelingsknop (5) ingedrukt om
de as (14) te vergrendelen.
• Draai de buitenste flens (15) los met behulp van
de flenssleutel (16). Draai met de klok mee om
los te draaien. Draai om vast te draaien tegen de
klok in.
• Verwijder de oude doorslijpschijf (17), de af-
standsringen (18), de oude doorslijpschijf (19),
de opnamehuls (20) en de binnenste flens (21).
• Reinig indien nodig de flenzen (15 & 21).
• Monteer de binnenste flens (21), de opnamehuls
(20), de nieuwe doorslijpschijf (19), de afstands-
ringen (18) en de nieuwe doorslijpschijf (17).
• Draai de buitenste flens (15) stevig vast met
behulp van de flenssleutel (16).
• Laat de asvergrendelingsknop (5) los.
• Monteer de beschermkap (6).
• Breng de zool (7) omhoog en draai de vergren-
delingsknop (3) vast.
• Draai de inbusschroeven (12) stevig vast met
behulp van de inbussleutel (13).
WWW.VONROC.COM