NL
B
vermindering optreedt kan dit te wij-
ten zijn aan de instelling van de
carburator.
De carburator is tijdens de assemblage afge-
steld. Uitzonderlijke invloeden (zeeniveau,
weerschommelingen, temperaturen, luchtvoch-
tigheid, e.d.) of na de inlooptijd van een nieuwe
machine kan een bijkomende
carburatorafstelling noodzakelijk zijn.
Deze afstelling dient te gebeuren bij
een motor op bedrijfstemperatuur, zui-
vere luchtfilter en correcte ketting-
spanning. Gebruik daarvoor de bij-
geleverde schroevendraaier.
1. Bij uitgeschakelde motor de
instelschroeven H (1) en L (2)
voorzichtig, tot aan de aanslag naar
rechts
schroeven, in tegenwijzerszin
terugdraaien :
Schroef H (1) : ¾ omwentelingen
Schroef L (2) : 1 ½ omwentelingen
2. Motor met halve chokepositie
(Startpositie) starten en laten
warmlopen. Voor verdere afstelling
dient de choke in bedrijfspositie te
staan
3. De instelschroef L in wijzerszin
draaien totdat de ketting op volle
snelheid komt (hoorbaar). Nadien
deze schroef over ¼ toer
terugdraaien in tegenwijzerszin
4. De leegloopinstelschroef T (3) in
tegenwijzerszin
totdat de ketting blijft stilstaan.
Vervolgens een bijkomende ½ toer,
eveneens in tegenwijzerszin
verder draaien. Mocht de
ralentiesnelheid te gering zijn mag er
een kleine verdraaing, in wijzerszin
doorgevoerd worden echter
zodanig dat de ketting niet meeloopt.
5. Nu is de carburator correct ingesteld.
60
draaien. Vervolgens beide
.
terugdraaien
Ter info voor een instelling met een
toerenteller:
Ralentiesnelheid: 2.800 tr/min
Max. Toerental: 11.000 – 13.000 tr/min
Remband controleren en reinigen
De kettingrem iedere week reinigen of uiter-
lijk na 10 arbeidsuren, afhankelijk welk tijd-
stip zich het eerste voordoet, omdat vervui-
ling en slijtage de remfunctie negatief
beïnvloeden.
1. Monteer het koppelingsdeksel af, zoals
beschreven in de paragraaf "Ketting ver-
wisselen".
2. Reinig de kettingrem en de koppelings-
trommel van spaanders, hars en vuil.
3. Controleer of de dikte van de remband op
de plaats die het meeste gebruikt wordt
nog minstens 0,6 mm bedraagt. De rem-
band in een gespecialiseerd bedrijf laten
vervangen als deze versleten is (dikte
minder dan 0,6 mm).
Afvalverwerking en milieu
Afgewerkte olie en benzineresten niet in het
riool of in de afvoer weggieten. Ruim uw afge-
werkte olie en benzineresten op milieu-
vriendelijke wijze op - geef ze af op een
inzamelpunt van chemisch afval.
Voer het apparaat op een milieuvriendelijke
manier af.
.
Machines horen niet thuis in het huis-
afval.
Maak de benzine- en olietank zorgvuldig leeg
en lever uw motorzaag in bij een
recyclingbedrijf. De gebruikte onderdelen van
kunststof en metaal kunnen naar soort ge-
scheiden worden en zo voor recycling ge-
schikt worden gemaakt.
Informatie hierover kunt u krijgen bij uw
Grizzly-dealer.