Opname:
a)
Vanaf
de
verschillende bronnen (biiv,
platenspeler,
tuner,
tweede recorder, Compact Disc-speler) welke aangesloten zijn op de
versterker. Deze laatste moet aangesloten zijn op bussen
(29).
-
Controleren dat er geen microfoon op bus
(12)
aangesloten
is.
b)
Vanaf
een
stereomicrofoon
:
Deze
laatste
op
bus
(12)
aansluiten.
-
Op de pauzetoets (22) drukken
en
vervolgens op
de
opnametoets
(27), de indicator (5) gaat
branden.
-
Met regelaars (9) voor het
rechter
en
(10)
voor het linker
kanaal
het opnameniveau
afstellen.
De niveau-indicators
voor
het linker kanaal (7) en voor het
rechter
kanaal
(8) lichten op in verhouding tot de
geluidspieken.
De
verlichte
zone moet zich in het gedeelte tussen
"-
15"
en
"0"
bevinden.
N.B.
:
Het lichtje
"
+
3
"
mag niet constant blijven branden: dit
zou
een vervorming van
het
geluid
betekenen.
-
De opname starten
door op de
pauzetoets (22)
te
drukken
en
deze te
ontgrendelen.
Weergave
-
De
weergave
starten
door
op de
weergavetoets (26) "
PLAY
o
te
drukken.
De lichtjes van de series (7)
en
(8) lichten op in verhouding
tot
het
uitgangsniveau.
Pauze
U
kunt de
opname
of
weergave tijdelijk onderbreken door toets
(22)
in
te
drukken.
Opnieuw
op
deze
toets
(22) drukken
en
ontgrendelen
voor
het
hervatten
van de opname of de
weergave.
Snel
voorult-
of
terugspoelen
Terwijl
het
toestel stilstaat:
.
de snel vooruitspoeltoets (24) indrukken: de band
loopt
snel
af,
.
de snel
terugspoeltoets (25) indrukken:
de
band
loopt snel terug.
Bandteller
De bandteller maak het mogelijk een bepaald
punt
op de
in gebruik
zijnde cassette makkelijk terug te
vinden.
-
Dool
op
toets
(2)
te drukken
kan
de
bandteller
op
nul teruggezet
worden.
Bandstop
Aan
het eind
van de
band
zal
het toestel, ongeacht
de in
gebruik
zijnde functie, automatisch worden
stopgezet.
Aansluitbus hoofdtelefoon
Het
is
mogelijk
de
opname
of
weergave met
een
hoofdtelefoon te
beluisteren.
De te
gebruiken
hoofdtelefoon dient een impedantie te hebben van 4
ä 600 O
en
het
verbindingssnoer
moet voorzien zijn van een stekker
met een diameter van
6,35 mm.
-
Deze
aansluiten op contactbus (11)
"
PHONES
".
Bewaren van
de
opnamen
Elke
nieuwe opname
wist
automatisch
de
vorige uit.
Als u
66n of
beide kanten van een geheel bespeelde cassette
wilt
bewaren, dient
-
nokje
1
te verwijderen voor kant
1
I
_,-
^,"
.
.,_
-
nokje
z
te
verwijdere;
;;; iäi
ä\
zie aIb'
1,
blz'
1s'
Hierdoor
zal de
opnametoets (27) vergrendeld worden.
Als u
later
weer
een opname
wilt
maken
op
een cassette waarvan
de
nokjes
verwijderd
zijn,
hoeft
u
alleen maar de twee openingen met plakbänd
af te quiten.
Onderhoud
Opdat
alle
opname- en afspeelkwaliteiten
van
de cassetterecordei
behouden blijven,
dient men
van tijd tot tijd de
magnetische
en
drijfkoppen
(aandrukrol en aandrijfas) te reinigen. De vuilafzetting op
deze elementen door magnetisch bandafual,
kan
vermogensveilies
en verslechtering van het geluidsregister ten gevolge hebben.
Voor
deze
reiniging
gaat men
als
volgt te werk:
-
Op toets
(23) drukken
om
de
klep
van het
cassettevakje
te
openen.
-
De cassette
verwijderen.
-
De
twee
koppen,
de
drukrol
en
de windas reinigen met
een
in
alkohol gedrenkt wattenstokje (Zie
atb.2, blz.
19).
BELANGRIJK:
Nooit metalen
vooruerpen
gebruiken om de koppen
schoon te
maken.
Gebruik
met een
programmaregelaar
Door een programmaregelaar op
uw
stopcontact aan te sluiten,
is
het
mogelijk met
uw
toestel een passage op een gewenst tijdstip op
te
nemen
of
te
beluisteren.
-
De programmaregelaar op
het
gewenste tijdstip
afstellen.
-
Qp toets (28) drukken om
het
toestel
in
werklng te
stellen.
-
Op 66n der volgende toetsen drukken:
o
(26)
..
PLAY
"
:
uw toestel zal de cassette
automatisch
op
het
geprogrammeerde tijdstip
afspelen,
o
(27),,REC"
:
uw
toestel zal
de
gekozen
bron automatisch op
het geprogrammeerde tijdstip
opnemen.
-15-