Beoogd gebruik
Gebruik het in deze gebruiksaanwijzing beschreven product uitsluitend op de volgende manier:
• Als nageschakelde gravitatiefilterpomp voor het gebruik met op zwaartekracht werkende filterinstallaties.
• Voor het verpompen van normaal vijverwater voor filtersystemen, watervalsystemen en beekloopinstallaties.
• Met in achtneming van deze technische gegevens.
• Gebruik onder naleving van de toegestane waterwaarden.
De volgende inperkingen gelden voor het apparaat:
• Niet gebruiken in zwemvijvers.
• Nooit met andere vloeistoffen dan water gebruiken.
• Nooit gebruiken zonder doorstromend water.
• Niet gebruiken in combinatie met chemicaliën, levensmiddelen, licht brandbare of explosieve stoffen.
• Niet op de drinkwatervoorziening aansluiten.
Montage
Het apparaat mag uitsluitend horizontaal worden gebruikt en u dient het op een vaste ondergrond in de stromingsrich-
ting achter de filtereenheid te plaatsen, zodat het niet kan bewegen. Om het apparaat eenvoudig te bevestigen op de
ondergrond, kan de voet van het apparaat naar achteren worden verwijderd door de hendel aan de onderkant van de
voet van het apparaat te ontgrendelen. Voor de montage moet u het bovengedeelte van het apparaat op de voet van
het apparaat schuiven totdat het bovengedeelte vastklikt.
Het apparaat kan gedompeld (A = filtermodule) of droog (B = pompkamer) worden geplaatst. Plaats het apparaat altijd
onder het wateroppervlak zodat het apparaat niet droog loopt of lucht kan aantrekken zodra het ingeschakeld en ge-
bruikt wordt. Sluit het apparaat nooit op de waterleiding aan. Gebruik de bijgeleverde adapterset voor een probleem-
loze buis- (6) of slangmontage (7). Let bij de buismontage altijd op dat de installatie niet onder spanning staat.
Gedompeld plaatsen (A)
Sluit de leiding voor het terugstromen van het water naar de vijver aan op de spuitkop (2). Plaats het apparaat gedom-
peld in de filtermodule. Zorg er voor dat het apparaat nooit gebruikt wordt zonder doorstromend water! De maximale
dompeldiepte bedraagt 4 meter.
Droog plaatsen (B)
Trek eerst de stekker uit het stopcontact en beveilig het apparaat tegen opnieuw inschakelen. Verwijder de aanraakbe-
veiliging (3) door deze tegen wijzers van de klok in te draaien. Grijp niet in de opening van de pomp (1). Bevestig de
zuigslang eventueel met behulp van de adapterset voor buis- (6) of slangmontage (7). Sluit de zuigslang op de aan-
zuigopening (1) aan.
Plaats het apparaat zodanig dat het niet wordt blootgesteld aan rechtstreeks zonlicht (max. 40 ºC).
Ingebruikname
O P M E R K I N G
De pomp mag niet drooglopen. Anders wordt de pomp vernietigd.
• Gebruik de pomp alleen ondergedompeld.
O P M E R K I N G
Gevoelige elektrische componenten. Als het apparaat verkeerd wordt aangesloten, raakt dit defect.
• Sluit het apparaat niet aan op een dimbare voeding.
Zo brengt u de stroomvoorziening tot stand:
Inschakelen: Apparaat aansluiten op het elektriciteitsnet. Het apparaat schakelt onmiddellijk aan.
Uitschakelen: Koppel het apparaat van het elektriciteitsnet af.
- NL -
17