U kunt een tijd tot 95 minuten instellen. U hoeft alleen op de STOP/CLEAR-toets te druk-
ken om de KOOKWEKKER te annuleren tijdens het aftellen.
OPMERKING: De KOOKWEKKER functie kan niet tijdens het koken worden gebruikt.
VERMOGENSSTANDEN VAN DE MAGNETRON
Uw oven heeft 5 vermogenstanden. Volg de onderstaande instructie om het vermogen in
te stellen.
Het vermogen instellen
• Druk een keer op de MAGNETRONVER-
MOGEN-toets. P100 wordt getoond.
• Druk op de MAGNETRONVERMOGEN-
toets of draai de INVOER-knop om het
vermogen te veranderen totdat het
scherm het gewenste niveau bereikt.
• Druk op de START/+30sec./ENTER-
toets om de instelling te bevestigen.
Voer de bereidingstijd in en druk dan
op de START/+30sec./ENTER-toets om
de oven te starten.
• Om het vermogen tijdens de bereiding
te controleren, druk op de MAGNE-
TRONVERMOGEN-toets, het huidige
vermogen zal 4 seconden getoond wor-
den. De oven zal verder aftellen terwijl
de display het vermogen toont.
In het algemeen gelden de volgende adviezen:
P100 - (HOOG = 800 W) Voor snelle berei-
ding of het opwarmen van b.v. ovenscho-
tels, warme dranken, groenten, vis, etc.
P80 - (MEDIUM HOOG = 640 W) Voor lang-
durige bereiding van compact voedsel, zo-
als braadstukken en gehaktbrood, tevens
voor gevoelige gerechten, zoals cake. Bij
deze lagere instelling wordt het eten ge-
lijkmatig gekookt zonder dat de zijkanten
overkoken.
KOOKWEKKERFUNCTIE
LED-display
50P - (MEDIUM = 400 W) Voor compact
voedsel dat een lange bereidingstijd nodig
heeft wanneer het conventioneel bereid
wordt, bijv. rundvleesschotels, deze vermo-
gensinstelling wordt gekozen om er zeker
van te zijn dat het vlees mals blijft.
P30 - (MEDIUM LAAG = 240 W) Om te ont-
dooien; kies dit vermogensniveau om er
zeker van te zijn dat het voedsel gelijkma-
tig ontdooit. Deze instelling is ook ideaal
voor het zachtjes koken van rijst, pasta,
knoedels en voor de bereiding van cus-
tardpudding.
P10 - (LAAG = 80 W) Voor voorzichtig ont-
dooien van bijv. taartjes of gebak.
NL-16
Magnetronvermogen
HOOG = 100%
MEDIUM HOOG =
80%
MEDIUM = 50%
MEDIUM LAAG =
30%
LAAG = 10%