Opmerking: De functie wordt alleen ingeschakeld als de afzuigkap via wifi met de kookplaat is verbonden. Na de
inschakeling van de functie wordt de verlichting van de kookplaat automatisch beheerd op basis van de status van de
verbonden kookplaat.
T4. WERKING "ZEN MODE"
Druk om de afzuigmodus "ZEN" in/uit te schakelen.
Met deze functie is het mogelijk om een afzuigsnelheid te activeren die het beste compromis vormt tussen stilte en
zuigkracht.
T5. ON/OFF MOTOR
Druk om de afzuigmotor in/uit te schakelen.
• Verplaats bij ingeschakelde motor de vingers naar rechts of links over de ledstrip SL2 om respectievelijk de
afzuigsnelheid (vermogen) te verhogen of te verlagen.
T6. WERKING "POWER BOOST 1"
Druk bij ingeschakelde afzuigmotor op T6 om de intensieve afzuigsnelheid (vermogen) "POWER BOOST 1" (getimed) in te
schakelen.
Opmerking: De afzuigkap zal na 5 minuten de eerder ingestelde snelheid hervatten
T7. WERKING "POWER BOOST 2"
Druk bij ingeschakelde afzuigmotor op T7 om de intensieve afzuigsnelheid (vermogen) "POWER BOOST 2" (getimed) in te
schakelen.
Opmerking: De afzuigkap zal na 5 minuten de eerder ingestelde snelheid hervatten.
T8. AUTOMATISCHE WERKING "COOKSENSE"
De afzuigkap stelt automatisch de afzuigsnelheid (vermogen) 1 in om deze vervolgens te verhogen als de door de sensor
van de afzuigkap gedetecteerde omgevingsomstandigheden dat vereisen.
Als de omgevingsomstandigheden niet wijzigen, zal de afzuigkap na 5 minuten (mits de afzuigkap zich al in de
afzuigsnelheid (vermogen) 1) bevindt, uitschakelen.
Opmerking: voor een correct gebruik van deze functie moet eerst de "Regeling van de parameters voor de automatische
werking" worden uitgevoerd (zie de betreffende paragraaf).
Opmerking: als de gebruiker tijdens de automatische werking andere functies gebruikt die de snelheid regelen, wordt de
functie automatische ventilatie uitgeschakeld.
T9. INDICATOR VERZADIGING FILTERS
De afzuigkap signaleert met regelmatige intervallen dat het onderhoud van de filters moet worden uitgevoerd.
Opmerking: de indicatoren worden bij ingeschakelde afzuigkap geactiveerd.
Toets T9 brandt: voer het onderhoud van het vetfilter uit.
Toets T9 knippert: voer het onderhoud van het actieve koolstoffilter uit.
Reset indicatoren verzadiging filters:
Opmerking: deze handeling moet bij ingeschakelde afzuigkap worden uitgevoerd.
Druk lang op de toets T9; het lampje gaat uit om de uitgevoerde reset te bevestigen.
Activering indicator verzadiging actief koolfilter.
Opmerking: deze handeling moet bij uitgeschakelde afzuigmotor worden uitgevoerd.
Deze indicator is normaal gesproken uitgeschakeld en moet geactiveerd worden in geval de afzuigkap in de
filterversie wordt gebruikt, dus als het koolstoffilter aanwezig is.
Druk gelijktijdig en lang op de toetsen T1 en T10 om de functie te activeren: de toetsen worden verlicht om de activering te
bevestigen.
Druk voor de uitschakeling van de functie nogmaals lang op dezelfde toetsen (T1 en T10): de toetsen zullen kort knipperen
en gaan dan uit om de deactivering te bevestigen.
T10. ON/OFF WERKING "BREATH DAILY CYCLE"
De afzuigkap stelt automatisch de afzuigsnelheid (vermogen) 1 in om deze vervolgens te verhogen als de door de sensor
van de afzuigkap gedetecteerde omgevingsomstandigheden dat vereisen.
Als er geen wijzigingen van de afzuigsnelheid plaatsvinden zal de afzuigkap, afhankelijk van de gedetecteerde
omgevingsomstandigheden, na 2 uur worden uitgeschakeld.
In elk geval wordt de afzuigkap na 5 uur geforceerd uitgeschakeld.
Opmerking: voor een correct gebruik van deze functie moet eerst de "Regeling van de parameters voor de automatische
werking" worden uitgevoerd (zie
de betreffende paragraaf).
42