Als de hoofdsteun van de auto in de weg zit, trek deze dan omhoog tot
het uiterste of verwijder deze volledig (behalve bij achterwaarts gerichte
voertuigstoelen).
7. Leid de bovenste tuiriem (8) recht over de voertuigstoel en veranker hem
NL
met de karabijnhaak aan het verankeringspunt van je auto.
De bovenste tuiriem kan worden verlengd door op de knop voor het
verstellen van de bovenste tuiriem (20) te drukken.
Steek de bovenste tuiriem onder de hoofdsteun van de auto. Haal de
bovenste tuiriem nooit over de hoofdsteun van de auto.
8. Trek de bovenste tuiriem (8) aan totdat de veiligheidsindicator van de
bovenste tuiriem (9) groen wordt.
VERWIJDERING UIT HET VOERTUIG
Voer de installatiestappen in omgekeerde volgorde uit.
1. Verwijder de bovenste tuiriem (8).
2. Ontgrendel de ISOFIXvergrendelarmen (5) aan beide zijden door de
ISOFIXontgrendelingsknoppen (10) in te drukken en trek ze naar achteren.
3. Trek de autostoel weg van de ISOFIXbevestigingspunten (6).
4. Verwijder de autostoel. Druk vervolgens op de ISOFIXverstelhendel
(4) en duw de ISOFIXvergrendelarmen (5) naar achteren totdat je een
lichte weerstand voelt. Laat de verstelhendel los en duw de ISOFIX
vergrendelarmen (5) volledig terug in de transportstand.
DE LIGPOSITIE VERSTELLEN
Deze autostoel biedt 3 zitposities.
1. Om de autostoel in de gewenste ligpositie te zetten, druk je op de ISOFIX
verstelhendel (4) aan de onderkant van het voorste gedeelte van de
booster (2) en trek je de autostoel naar voren.
2. Om de autostoel terug te zetten van de ligpositie naar de zitpositie, druk je
nogmaals op de ISOFIXverstelhendel (4) en leid je de stoel omhoog met
lichte druk tegen de booster (2).
De drie indicatielijnen op de ISOFIXvergrendelarmen geven de respectieve
positie aan.
De autostoel moet in een van de zitposities worden gezet voordat het kind
gaat zitten.
20
DE HOOFDSTEUN VERSTELLEN
De verstelbare hoofdsteun (11) kan worden versteld met behulp van de
verstelhendel (12) aan de achterkant van de hoofdsteun. Stel de hoofdsteun zo
af dat er max. 2 cm (ongeveer 2 vingerbreedtes) overblijft tussen de schouder
van het kind en de hoofdsteun.
De hoogte van de hoofdsteun kan nog worden aangepast terwijl de
autostoel in de auto is geïnstalleerd.
JUISTE INSTALLATIEMODUS
76 cm – 105 cm, max.
21 kg, > 15 m
Installatiemodus
met impactschild
Installatie
HET KIND VASTZETTEN MET EEN IMPACTSCHILD:
76 CM – 105 CM (MAX. 21 KG, > 15 M)
1. Maak de riem van het impactschild (13) los door op de ontgrendelingsknop
(14) op de riemversteller (15)te drukken.
2. Open de gesp van het impactschild (16) en leg het impactschild op zijn kant.
3. Plaats je kind nu in de autostoel.
Zorg ervoor dat de hoofdsteun correct is afgesteld.
4. Duw het impactschild (3) terug in de daarvoor bestemde geleider en steek
de tong van het impactschild (17) in de gesp van het impactschild (16)
zodat deze vastklikt met een hoorbare "KLIK".
5. Trek nu aan de gordel van het impactschild (13) om het aan te passen
en je kind op de juiste manier vast te zetten. Verplaats het impactschild
(3) een beetje door het naar achteren en naar voren te kantelen om een
optimale pasvorm en positie te verkrijgen.
6. Stel het impactschild (3) zo af dat het goed aansluit op het lichaam en
bekken van het kind en zich in het midden voor het kind bevindt.
100 cm – 150 cm
zonder impactschild