4. Bediening
4.1
Voor de eerste ingebruik-
name
Wielen monteren (Classic 250)
1.
Monteer de wielen
tekening weergegeven.
Condensaataflaat controleren
•
Waarborg dat de aftapschroef (35)
aan de condensaataftap gesloten is.
35
4.2
Plaatsing
De plaatsingsplaats van het toestel moet
aan de volgende voorwaarden beant-
woorden:
•
droog, koel, tegen vorst beschermd
•
Vaste, horizontale en glasse onder-
grond
A
Gevaar!
Door gebrekkige plaatsing kunnen
zware ongelukken ontstaan.
•
Zeker het toestel tegen wegrollen
en kantelen.
•
Trek het toestel niet aan de slang
of de netkabel.
•
Veiligheidsvoorzieningen
bedieningselementen
steeds goed toegankelijk zijn.
4.3
Netaansluiting
A
Gevaar! Elektrische spanning
Gebruik de machine uitsluitend in een
droge omgeving.
Sluit de machine enkel aan op een
stroombron die voldoet aan de onder-
staande voorwaarden:
− de stopcontacten zijn reglemen-
tair
geïnstalleerd,
goedgekeurd;
− zekering conform de technische
gegevens;
Het snoer moet zo gelegd worden dat
de werkzaamheden niet bemoeilijkt
worden, en dat het snoer niet bescha-
digd kan worden.
zoals op de
Controleer steeds of de machine uit-
geschakeld is, alvorens de stekker in
het stopcontact te steken.
Bescherm het snoer tegen hitte en
bijtende scheikundige (vloei)stoffen
en zorg dat het snoer niet beschadigd
kan worden door scherpe voorwer-
pen.
Als verlengsnoer mag uitsluitend
gebruik gemaakt worden van een
snoer met voldoende doorsnede (zie
"Technische gegevens").
Schakel de compressor uit met de
hoofdschakelaar, en niet door de net-
stekker uit het stopcontact te trekken.
Na beëindiging van de werkzaamhe-
den trekt u de stekker uit het stopcon-
tact.
4.4
Perslucht genereren
1.
Schakel het apparaat in en wacht tot
de maximale keteldruk bereikt is (de
compressor schakelt uit) (36)
De
keteldrukmeter (40) aflezen.
36
2.
Stel de regeldruk in met de drukre-
gelaar (37). De huidige regeldruk
kunt u van de regeldrukmeter (39)
aflezen.
A
Opgelet!
en
De ingestelde regeldruk mag de maxi-
moeten
male bedrijfsdruk van het aangeslo-
ten persluchtgereedschap niet over-
schrijden!
3.
Sluit de persluchtslang aan op de
persluchtaansluiting (38).
4.
Sluit het persluchtgereedschap aan.
Nu kunt u met het persluchtgereed-
schap werken.
5.
Schakel het apparaat uit, (36), wan-
neer u niet onmiddellijk wenst ver-
der te werken. Trek vervolgens ook
geaard
en
de netstekker uit het stopcontact.
keteldruk
kunt
u
van
37
38
39
40
NEDERLANDS
5. Service en onderhoud
A
Gevaar!
Alvorens u met werkzaamheden aan
het apparaat begint:
− zet u het apparaat uit.
− trekt u de stekker uit het stopcon-
tact.
− wacht u tot het apparaat stilstaat.
− controleert u of het apparaat en
het gebruikte persluchtgereed-
schap en accessoires niet meer
onder druk staan.
− laat het apparaat en alle gebruikte
persluchtwerktuigen en toebeho-
ren afkoelen.
Na beëindiging van alle werkzaamhe-
den aan het apparaat:
− schakelt u alle veiligheidsvoorzie-
ningen weer in en controleert u
de werking ervan.
− controleert u of alle gereedschap
of
dergelijke
machine verwijderd is.
Service en/of onderhoudswerkzaam-
heden die niet in dit hoofdstuk
beschreven staan, mogen uitsluitend
door vaklui uitgevoerd worden.
de
5.1
Regelmatig onderhoud
Aanvullend tot het onderhoud laat regel-
matig keuringen aan het toestel door
een vakman uitvoeren.
A
Opgelet!
Controleer aan de nieuwe compres-
sor de aantrekmomenten van de cilin-
derkop bouten (zie"Technische gege-
vens") na de eerste 50 en 250
bedrijfsuren.
Telkens voor het begin van het werk
•
Controleer de persluchtslangen op
beschadigingen, en vervang ze
indien nodig.
•
Controleer of de schroefverbindin-
gen vast zitten, en draai ze vast
indien nodig.
•
Controleer het aansluitsnoer op
beschadigingen, en laat het door
een
elektromonteur
indien nodig.
Om de 50 uur
•
Luchtfilter (41) controleren, evt. rei-
nigen.
Hiervoor moet de behuizing (42)
worden verwijderd (zie afbeelding).
van
of
uit
de
vervangen
23