Oxford
®
Classic Tilliften
Onderhoud, inspectie en testen:
Joerns Healthcare Ltd adviseert om minstens ieder half jaar een grondige inspectie en test van
de accessoires, tilbanden etc. van de Oxford mobiele tilliften te laten uitvoeren. De controle en
de test moeten worden uitgevoerd volgens de hieronder vermelde aanbevelingen en procedures.
Joerns Healthcare adviseert het onderhoud, de inspectie en het gecertificeerde testen
uitsluitend door erkende dienstverleners te laten uitvoeren.
OPMERKING: Deze aanbevelingen zijn in overeenstemming met de vereisten van de Britse
verordening 1998 Nr. 2307 Health and Safety (Gezondheid en Veiligheid): The Lifting Operations
and Lifting Equipment Regulations 1998. (Regelgeving Liftgebruik en Liftapparatuur). Dit is een
Britse wet. Voor regelgeving buiten het Verenigd Koninkrijk wordt verwezen naar de in uw land
geldende wet- en regelgeving.
• TILJUK: Controleer of het tiljuk vrijelijk kan draaien en bewegen. Controleer op slijtage van
de middelste draaipen. Controleer of de slijtring aanwezig is en hoe de conditie hiervan is.
Controleer of alles goed aan de tilarm bevestigd is. Inspecteer de haken van de tilband en
eventuele ophanging aan zijkanten die in combinatie met het juk wordt gebruikt, op overmatige
slijtage. Controleer of de borgringen van de tilband zijn aangebracht en functioneren zoals
bedoeld. Smeer het belangrijkste ophangpunt en de centrale draaipen met een licht vet op
minerale basis of gebruik siliconenspray.
• TILARM: Controleer of de tilarm goed aan de mast is bevestigd. Zie erop toe dat de tilarm
slechts minimaal zijwaarts kan bewegen en dat de tilarm vrij kan draaien op de drager.
Controleer of de tilarm goed in het midden staat en geen schade vertoont. Controleer of de
bevestiging van de actuator of het hydraulische systeem goed vast zit.
• MAST: Controleer of het vergrendelingsmechanisme van de mast goed functioneert. Controleer
of de mast goed en volledig in de houder zit. Controleer of de bevestiging van de onderste
actuator of het hydraulische systeem veilig is.
• SMART MONITOR (uitsluitend bij elektrische liften): Controleer de werking van de
noodstopknop. Controleer of het contact van de handbediening goed is geplaatst. Controleer of
de handbediening correct functioneert. Controleer de extra bedieningsknoppen en stel vast of
ze functioneren zoals bedoeld.
• VERSTELLEN VAN ONDERSTEL: Controleer of de verbindingen van de poten veilig zijn.
Gebruik de pedalen op het onderstel of de handbediening (uitsluitend bij elektrische modellen)
om vast te stellen of de poten gemakkelijk open en dicht gaan. Als verbindingen van de poten
beschadigd zijn, moeten ze worden vervangen. Stel vast of het verstelmechanisme in alle open
en gesloten posities vergrendelt/correct plaatst. ONDERHOUD: Smeer het verstelmechanisme
met een licht vet op minerale basis.
OPMERKING: Om het vet gemakkelijker aan te brengen, moet de mast worden verwijderd
van de dwarsligger en het vet aan de binnenzijde van de masthouder worden aangebracht
(uitsluitend bij bediening via voetpedalen).
• DRAAIPUNTEN ONDERSTEL: Controleer of de draaipunten van het onderstel veilig zijn en de
poten vrijelijk kunnen draaien. Als dit moeilijk gaat, moet dit worden nagekeken. Haal bij twijfel
de draaipunten uit elkaar en smeer ze met een licht vet op minerale basis. Zorg ervoor dat er
geen overmatige speling in de draaipunten zit.
134
Nederlands