BEDIENINGSPANEEL
Moduskeuzeknop
HET BEDIENINGSPANEEL GEBRUIKEN
Het apparaat in- of uitschakelen
Steek de stekker van het apparaat in het stopcontact.
Druk op
om het apparaat in te schakelen.
Om het apparaat uit te schakelen, druk opnieuw op
MODUS
Druk herhaaldelijk op
controlelampje van de gekozen modus brandt op het bedieningspaneel.
KOELEN
KOELMODUS
De uitlaatslang moet worden gebruikt tijdens een werking in de KOELMODUS.
1. Druk herhaaldelijk op
2. Druk herhaaldelijk op
selecteren.
De
en
knoppen worden gebruikt om de temperatuur in stappen van
1°C te verhogen of te verlagen.
De temperatuur kan tussen 17ºC en 30ºC worden ingesteld.
OPMERKING: De temperatuur kan in graden Fahrenheit of graden Celsius
worden weergegeven. Om van de ene naar de andere eenheid te gaan, druk
GEBRUIK
Modus-controlelampjes
Temperatuur
Scherm
verlagen knop
om de gepaste werkingsmodus te selecteren. Het
VENTILATOR
totdat het COOL-controlelampje brandt.
of
om de gewenste kamertemperatuur te
Temperatuur
Aan/uitknop
verhogen knop
.
DROGEN/ONTVOCHTIGEN
67