BATTERIJTEMPERATUUR BESCHERMING
Deze oplader beschikt over een beschermingsfunctie
voor de batterijtemperatuur.
Als de lader detecteert dat een batterij te heet of
koud is (Het Licht wordt rood en knippert), dan wordt
automatisch het beveiligingscircuit geactiveerd en
wordt het opladen uitgesteld totdat de batterij de
correcte temperatuur heeft bereikt.
Het opladen begint dan automatisch (Het Licht
wordt groen en knippert) Dit verzekert een maximale
levensduur van de batterij.
BELANGRIJK VOOR HET OPLADEN:
1. Het is normaal dat de oplader en de batterijen
tijdens het opladen warm worden.
2. Als de batterij niet goed oplaadt:
a. Controleer of de CyberCapsule-accu of de
oplader beschadigd is.
b. Verplaats de oplader en de batterij naar een
plaats waar de omgevingstemperatuur ongeveer
0
0
18
C~25
C (65
c. Als het probleem met laden blijft bestaan, breng
het gereedschap, de accu en de oplader naar een
gekwalificeerde reparateur.
d. Het oplaadvermogen binnenin de oplader kan
onder omstandigheden, als de oplader in het
stopcontact is ingeplugd, worden verminderd
door externe materialen. Externe geleidende
materialen als metalen onderdelen mogen niet in
NL
de buurt komen van de gaten in de oplader. Haal
de oplader altijd uit het stopcontact als er geen
batterij inzit of als u de oplader wil schoonmaken.
PROBLEEMOPLOSSINGEN
1.WAAROM KAN IK HET ACCUPACK NIET
IN DE OPLADER DUWEN?
a) Controleer of de accu en de oplader ontworpen
zijn om in combinatie met elkaar te werken.
b) De accu kan maar op één manier in de lader
geschoven worden. Draai de accu om totdat
deze in de sleuf geschoven kan worden. het
signaallampje zou bij opladen van de accu groen
moeten knipperen.
2. REDENEN VOOR VERSCHILLENDE
OPLAADTIJDEN
De laadtijd is van vele omstandigheden afhankelijk.
Dit is geen defect van het product.
a) Als de accu slechts gedeeltelijk leeg is, kan hij
opnieuw volledig worden opgeladen in kortere
tijd, dan de nominale laadtijd is .
b) Als de accu en omgevingstemperatuur erg koud/
warm zijn, kan het langer duren om weer op te
laden. Zoek een geschikte omgeving met de
juiste temperatuur om te beginnen met opladen.
c) Als het accupack heel heet is, laadt de accu
niet op omdat de hittebeveiliging opladen
voorkomt wanneer de temperatuur te hoog is.
Wanneer het accupack erg heet is, moet deze
uit de oplader gehaald worden en afkoelen tot
74
0
0
F to 77
F).
kamertemperatuur voordat met het opladen kan
worden begonnen.
ONDERHOUD
1. Gebruik een regenkap om de CyberLite-oplader
af te dekken op regenachtige dagen.
OPGELET: Gebruik of bewaar de
CyberLite-oplader niet in een regenachtige
of natte omgeving om corrosie van de elektroden
en verkorting van de levensduur te voorkomen.
Als de elektroden nat zijn, laadt u de CyberPack-
accu's en Kress 60 V-accu's pas op nadat ze
volledig droog zijn. Vervang de elektroden als er
duidelijke koperroest zichtbaar is.
2. Verwijder zowel de Kress 60V-accu als de
CyberCapsule-accu voordat u aanpassingen,
service of onderhoud uitvoert.
Uw batterij of oplader heeft geen extra onderhoud
nodig. Als er stof in de afvoer (a) zit, spoel
deze dan met schoon water. Veeg schoon met
een droge doek. Plaats uw batterij, oplader en
elektrisch gereedschap altijd op een droge plaats.
(Zie Fig. D)
D
3. Als er stof op de luchtslang zit, gebruik dan een
gereedschap om een kant van de voorruit op te
tillen, verwijder de luchtslang en spoel af met
schoon water. (Zie Fig. E)
E
a