3.7.
Meting van de weerstand
Om verkeerde metingen te voorkomen, dit tot elektrische schokken zouden
kunnen leiden tijdens weerstandsmetingen op een circuit, moet u verifiëren
of het te meten circuit spanningsloos is.
De modus Continuïteit is standaard geselecteerd, druk dan ook een keer op de gele
toets om de meting van de weerstand te activeren. Breng de testsnoeren aan op de
gewenste punten van de kring en lees de weergegeven weerstandsmeting af. Bij een
weerstand van meer dan 60MΩ geeft de multimeter OL weer.
3.8.
Test van de diodes
Om verkeerde metingen te voorkomen,
dit tot elektrische schokken zouden
kunnen leiden tijdens de diodetest,
moet u verifiëren of het te meten circuit
spanningsloos is.
1.
Zet de draaiknop op
zeker van te zijn dat de te meten kring
spanningloos is.
2.
Druk tweemaal op de gele toets.
3.
Breng het rode snoer aan op de
anode van de te testen diode en het
zwarte snoer op de kathode.
4.
Lees de weergegeven waarde af van
de directe polarisatiespanning of drempelspanning.
Als de polariteit van de meetelementen is omgekeerd t.o.v. die van de
5.
diode of als de directe polarisatiespanning meer dan 3V bedraagt, geeft
het beeldscherm OL weer, waarmee de anode van de kathode
onderscheiden kan worden
3.9.
Meting van de capaciteit
om er
137