Om de machine te starten, drukt u gewoon de trekscha-
kelaar in. Om de machine uit te schakelen, de trekscha-
kelaar loslaten.
Voor continue werking, drukt u de trekschakelaar in en
dan drukt u de vastzetknop in.
Om de machine vanuit deze vergrendelde stand te stoppen,
de trekschakelaar volledig indrukken en deze dan loslaten.
Wijzigen van de snelheid (Fig. 2 en 3)
Voor het wijzigen van het toerental, de snelheidsschake-
laars (A) en (B) in de hoge of lage posities zetten. De
snelheidsschakelaar (A) in de gewenste positie zetten als
het gereedschap onbelast draait, en de snelheidsscha-
kelaar (B) voordat het gereedschap ingeschakeld wordt.
De mogelijke instelbare snelheden zoals afgebeeld in
Fig. 3.
INEENZETTEN
LET OP:
• Zorg altijd dat het gereedschap is uitgeschakeld en de
stekker ervan uit het stopcontact is verwijderd alvorens
enig werk aan het gereedschap uit te voeren.
De zijhandgreep monteren (extra handgreep)
(Fig. 4)
LET OP:
• Zorg er altijd voor dat de zijhandgreep is aangebracht
voordat u het gereedschap gebruikt.
Draai de zijhandgreep stevig vast in het gereedschap.
Installeren of verwijderen van de boor
Voor machine met een standaard vastspiebare boor-
kop (Fig. 5)
Om de boor te installeren steekt u deze zover mogelijk in
de boorkop. Draai de boorkop hierna met de hand vast.
Steek vervolgens de boorkopsleutel in elk van de drie
gaten en draai naar rechts vast. Zorg ervoor dat u in al
de drie gaten gelijkelijk vastdraait.
Om de boor te verwijderen, draait u de boorkopsleutel in
slechts één gaatje naar links los en draai vervolgens de
boorkop met de hand los.
Berg de boorkopsleutel na het gebruik weer op zijn oor-
spronkelijke plaats op.
Voor machine met een spieloze boorkop (Fig. 6)
Houdt de ring vast en draai de bus om naar links voor het
openen van de spanklauwen. Steek vervolgens de boor
zo ver mogelijk in de boorkop. Houdt daarna de ring weer
stevig vast en draai de bus om naar rechts voor het vast-
zetten van de boorkop.
Voor het verwijderen van de boor, de ring vasthouden en
de bus naar links omdraaien.
16
BEDIENING
Het gereedschap vasthouden
Houd het gereedschap tijdens het gebruik stevig vast
met de ene hand op het grijpgedeelte van het gereed-
schap en de andere hand op de zijhandgreep.
Boren
Boren in hout
Voor boren in hout worden de beste resultaten verkregen
met houtboren die voorzien zijn van een geleideschroef.
Het boren wordt dan vergemakkelijkt aangezien de gelei-
deschroef de boor in het hout trekt.
Boren in metaal
Wanneer u begint te boren, gebeurt het dikwijls dat de
boor slipt. Om dit te voorkomen slaat u tevoren met een
drevel een deukje in het metaal op de plaats waar u wilt
boren. Plaats vervolgens de boor in het deukje en start
het boren.
Gebruik altijd boorolie wanneer u in metaal boort. De
enige uitzonderingen zijn ijzer en koper die "droog"
geboord dienen te worden.
LET OP:
• Door teveel druk op het gereedschap uit te oefenen
verloopt het boren niet sneller. Integendeel, teveel druk
op het gereedschap zal alleen maar de boor beschadi-
gen, de prestatie van het gereedschap verminderen en
de gebruiksduur verkorten.
• Op het moment dat het boorgat doorbreekt wordt een
enorme draaikracht uitgeoefend op het gereedschap/
de boor. Houd derhalve het gereedschap stevig vast en
wees op uw hoede.
• Kleine werstukken dient u altijd eerst vast te zetten met
een klemschroef of iets dergelijks.
• Vermijd boren in materiaal waarvan u vermoedt dat er
spijkers of andere voorwerpen in kunnen zitten die
ertoe kunnen leiden dat het boortje vastloopt of breekt.
ONDERHOUD
LET OP:
• Zorg altijd dat het gereedschap is uitgeschakeld en zijn
stekker uit het stopcontact is verwijderd alvorens te
beginnen met inspectie of onderhoud.
• Gebruik nooit benzine, wasbenzine, thinner, alcohol en
dergelijke. Hierdoor het verkleuring, vervormingen en
barsten worden veroorzaakt.
Vervangen van koolborstels (Fig. 7 en 8)
Verwijder en controleer regelmatig de koolborstels. Ver-
vang de koolborstels wanneer ze tot aan de limietmarke-
ring versleten zijn. Houd de koolborstels schoon, zodat
ze gemakkelijk in de houders glijden. Beide koolborstels
dienen gelijktijdig te worden vervangen. Gebruik uitslui-
tend gelijksoortige koolborstels.
Gebruik een schroevendraaier om de kappen van de
koolborstelhouders te verwijderen. Haal de versleten
koolborstels eruit, schuif de nieuwe erin, en zet daarna
de kappen weer goed vast.
Om de VEILIGHEID en BETROUWBAARHEID van het
product te handhaven, dienen alle reparaties en alle
andere onderhoudswerkzaamheden of afstellingen te
worden uitgevoerd door een erkend Makita Servicecen-
trum, en dat uitsluitend met gebruik van Makita vervan-
gingsonderdelen.