Algemene veiligheidsinstructies
A
LET OP!
•
Zorg ervoor dat de aansluiting op het net overeenstemt
met de nationale richtlijnen voor bedrading.
•
Let erop dat andere voorwerpen geen kortsluiting bij de
contacten van het toestel veroorzaken.
•
Trek de stekker nooit aan de aansluitkabel uit het stopcon-
tact.
2.2
Veiligheid bij de montage van het toestel
D
GEVAAR! Levensgevaar door elektrische schok
•
Raak blanke leidingen nooit met blote handen aan. Dit
geldt vooral voor de kabels in de AC-netkring.
•
Als u aan elektrische installaties werkt, zorg er dan voor dat
er iemand in de buurt is die u in geval van nood kan
helpen.
•
Monteer het toestel niet op plaatsen waar gevaar voor gas-
of stofexplosie bestaat.
!
VOORZICHTIG!
•
Het toestel moet verticaal op een wand worden gemon-
teerd met de AC-ingang omhoog of omlaag.
•
De acculader moet op een geaarde contactdoos worden
aangesloten.
•
De montageplaats moet goed geventileerd zijn. Bij instal-
laties in gesloten, kleine ruimtes moet er ventilatie moge-
lijk zijn. De vrije afstand rondom het toestel moet minstens
25 cm bedragen.
•
Let op een stabiele stand.
•
Het toestel moet zo veilig opgesteld en bevestigd wor-
den, dat het niet kan omvallen of naar beneden kan vallen.
•
Zorg voor een voldoende grote leidingdiameter.
•
Installeer de leidingen zodanig dat er niet over gestruikeld
kan worden en beschadiging van de kabel uitgesloten is.
114
SMP439A
NL