NEDERLANDS
Parallelle aanslag (voor langssne-
•
den):
Het aanslagprofiel (39) moet bij het za-
gen met parallelle aanslag parallel t.o.v.
het zaagblad staan. Bij het zagen met
parallelle aanslag moet deze met de
klemhefboom (41) geblokkeerd zijn.
– Vleugelmoeren (45) voor het beves-
tigen en losmaken van het aanslag-
profiel:
42
46
44
45
Hoog aanlegvlak (42):
– voor het zagen van hoge werkstuk-
ken.
Laag aanlegvlak (43):
– voor het zagen van vlakke werk-
stukken.
Langsverstelling (44):
– Aanpassen van de parallelle aan-
slag aan de lengte van het werk-
stuk;
Met behulp van de ingestanste tafel-
bladschaal (40) kan u de afstand tus-
sen de parallelle aanslag en het zaag-
blad instellen.
Als u de schuifstok niet nodigt hebt, kan
u deze gebruiksklaar bevestigen aan
de klem (46) aan het profiel van de pa-
rallelle aanslag.
22
6.
Opstellen
A
39
Gevaar!
40
Wijzigingen aan het apparaat of het
gebruik van onderdelen die door de
fabrikant niet uitdrukkelijk getest of
goedgekeurd zijn, zijn verboden, te-
meer daar deze tot schade aan het
apparaat en/of tot ernstige persoon-
41
lijke letsels kunnen leiden.
– Gebruik uitsluitend de onderde-
len uit de verpakking.
– Breng aan deze onderdelen geen
wijzigingen aan.
Als u ook de onderstaande instructies
volgt, heeft u beslist geen problemen
met de opstelling:
Voordat u met een deelmontage be-
•
gint, moet u eerst alle instructies be-
treffende die montagestap doorle-
zen.
Leg de voor elke stap de vereiste
•
onderdelen klaar.
43
6.1
Opstelling
Plaats de machine op een stabiele,
•
vlakke ondergrond.
Om het tafelblad horizontaal uit te
•
richten, compenseert u oneffenhe-
den of gladde plekken in de bodem
met geschikte materialen. Contro-
leer vervolgens de stabiele stand
van het apparaat.
De zone rond de cirkelzaag moet
•
vrij zijn van hindernissen of struikel-
blokken.
Zorg voor voldoende plaats rond de
•
machine voor het hanteren van gro-
te werkstukken.
Voor een stevige stand kan de machine
aan de bodem vastgeschroefd worden:
1. Plaats de gemonteerde machine op
de gewenste standplaats en mar-
keer de boorgaten.
2. Zet de machine opzij en boor de ga-
ten in de bodem.
3. Richt de machine uit boven de bo-
ringen en schroef ze vast aan de
bodem.
A
Gevaar door zaagsel!
Sluit altijd een afzuiginrichting aan
op de zaag als deze in gesloten
ruimten wordt gebruikt.
6.2
Tafelverlengstukken
3
Opmerking:
De steunen van het tafelverlengstuk
moeten vastgeschroefd worden aan de
zaagtafel.
Tafelverlengstuk vastschroeven
1. Steek de afgeschuinde uiteinden
van de steunen in de gleuven van
de dwarsbalken aan de achterkant
van de zaag en schuif deze naar
buiten.
2. Schroef de steun telkens met een
zeskantschroef (48) en een zes-
kantmoer (47) zoals afgebeeld vast
aan de steun.
48
Schroefverbindingen vasttrekken
Controleer de schroefverbindingen van
het apparaat. Trek de schroefverbindin-
gen met geschikt gereedschap hand-
vast aan.
Let bij het aantrekken van de schroe-
ven op de volgende punten:
– Het apparaat moet na het vasttrek-
ken van de schroeven veilig en hori-
zontaal staan.
Tafelverlengstuk uitrichten
– De oppervlakken van het tafelver-
lengstuk en de zaagtafelplaat moe-
ten één vlak vormen.
47