D.C
.
Elektrode type
Wolfraam
Thorium 2%
ø
Rood
1,6
70A ÷ 150A
2,4
150A ÷ 250A 100A ÷ 160A 140A ÷ 235A
3,2
200A ÷ 350A 150A ÷ 210A 225A ÷ 325A
4
300A ÷ 400A 200A ÷ 275A 300A ÷ 400A 100A ÷ 240A 150A ÷ 280A
ters door middel van de toets P en de knop AA, zoals besch-
reven in paragraaf 3.2.
Bepaal het type en de diameter van de te gebruiken elektro-
de aan de hand van tabel A:
Het gasverbruik moet worden ingesteld op een waarde (in
liters per minuut) van ongeveer 6 maal de diameter van de
elektrode.
Als er accessoires worden gebruikt, zoals bijvoorbeeld de
gas-lens, kan het gasverbruik worden teruggebracht tot
ongeveer 3 maal de elektrodediameter. De diameter van het
keramische gascup moet een diameter hebben van 4 tot 6
maal de elektrodediameter.
Gebruik beschermgas D.I.N. 10 tot 75A en D.I.N. 11 vanaf
75A.
4 AFSTANDSBEDIENINGEN EN ACCESSOIRES
De volgende afstandsbedieningen kunnen worden aange-
sloten voor het regelen van de lasstroom van dit lasappa-
raat:
Art. 193
Voetbediening (gebruikt voor TIG-lassen)
Art. 1260
BINZEL "ABITIG 200" toorts (200 A – 35%) –
m4
Art. 1262
BINZEL "ABITIG 200" Up/Down-toorts (200 A –
35%) – m4
Art. 1656
Verrijdbaar onderstel voor stroombron
Art. 1281.03 Accessoire voor MMA-lassen
Art 1192+
Art 187 (gebruikt bij elektrode-lassen)
ART. 1180
Aansluiting om de toorts en de pedaalbedie-
ning tijdelijk te verbinden.
Met dit accessoire kan ART 193 in elke
TIG-lasmodus worden gebruikt.
De bedieningen die een potentiometer omvatten regelen
de lasstroom van de minimum tot de maximum stroom
die is ingesteld met de knop AA.
De bedieningen met UP/DOWN-bediening regelen de
lasstroom van het minimum tot het maximum.
5 ONDERHOUD
Het onderhoud mag uitsluitend door gekwalificeerd per-
soneel worden uitgevoerd in overeenstemming met de
norm IEC 26-29 (IEC 60974-4).
Pos. max. penetratie
Wolfraam
Wolfraam
Zuiver
Zr 0,8%
Groen
Wit
50A ÷ 100A
70A ÷ 150A
Tabel A
A.C.
(frequentie 5o Hz)
Pos. nul gebalanceerd
Wolfraam
Wolfraam
Zuiver
Zr 0,8%
Groen
Wit
30A ÷ 60A
50A ÷ 80A
60A ÷ 120A
80A ÷ 140A
80A ÷ 160A
100A ÷ 180A
5.1 DE GENERATOR ONDERHOUDEN
Controleer of de schakelaar AF op "O" staat en of de voe-
dingskabel van het lichtnet losgekoppeld is als u onderhoud
in het apparaat moet uitvoeren.
Reinig tevens regelmatig de binnenkant van het apparaat en
verwijder de opgehoopte metaalstof met behulp van perslu-
cht.
5.2 HANDELINGEN DIE U NA EEN REPARATIE MOET
VERRICHTEN.
Controleer na een reparatie of de bekabeling correct aange-
bracht is en of er sprake is van voldoende isolatie tussen de
primaire en secundaire zijde van de machine. Zorg ervoor
dat de draden niet in aanraking kunnen komen met de
onderdelen in beweging of de onderdelen die tijdens de
functionering verhit raken. Hermonteer alle klemringen op de
oorspronkelijke wijze om een verbinding tussen de primaire
en secundaire te voorkomen als een draad breekt of los-
schiet.
Hermonteer tevens de schroeven met de tandringen op de
oorspronkelijke wijze.
Pos. max. reiniging
Wolfraam
Wolfraam
Zuiver
Zr 0,8%
Groen
Wit
20A ÷ 40A
30A ÷ 60A
40A ÷ 100A
60A ÷ 120A
60A ÷ 140A
80A ÷ 160A
80A ÷ 200A
150A ÷ 250A
55