nominale 20 uur ontlaadt. De mate van de afname van de accucapaciteit
wordt de 'Peukert-exponent' genoemd. Deze kan tussen 1,00 en 1,50
worden ingesteld. Hoe hoger de Peukert-exponent, des te sneller de
accucapaciteit afneemt bij toename van de ontlaadsnelheid. Een ideale
(theoretische) accu heeft een Peukert-exponent van 1,00; ongeacht de
grootte van de ontlaadstroom. Uiteraard bestaan dergelijke accu's niet en
een instelling van 1,00 wordt alleen gebruikt om de Peukert-compensatie in
de BMV te omzeilen. De standaardinstelling van de Peukert-exponent is
1,25. Dit is een acceptabele gemiddelde waarde voor de meeste lood
zwavelzuuraccu's. Voor exacte accubewaking is het invoeren van de
correcte Peukert-exponent echter van essentieel belang. Als de Peukert-
exponent niet bij de accu wordt geleverd, kunt u deze aan de hand van de
andere specificaties die bij de accu moeten worden geleverd berekenen.
De Peukert formule luidt als volgt:
n
waar de Peukert exponent, n =
Cp
=
I
⋅
t
De accuspecificaties die nodig zijn voor de berekening van de Peukert-
exponent zijn de nominale accucapaciteit (doorgaans de 20 uur
1
ontlaadsnelheid
) en bijvoorbeeld een 5 uur ontlaadsnelheid
Zie het onderstaande rekenvoorbeeld voor het definiëren van de Peukert-
exponent aan de hand van deze twee specificaties.
5u snelheid
20u snelheid
1
Merk op dat de nominale accucapaciteit ook als een ontlaadsnelheid van 10 uur of zelfs van 5 uur kan
worden gedefinieerd.
2
De 5 uur ontlaadsnelheid in dit voorbeeld is slechts willekeurig. Kies naast de C20 snelheid (lage
ontlaadstroom) een tweede snelheid met een aanzienlijk hogere ontlaadstroom.
6
C
=
75
Ah
5
hr
=
5
t
hr
1
75
Ah
I
=
=
15
1
5
hr
C
=
100
Ah
(rated
20
hr
t
=
20
hr
2
100
Ah
I
=
=
5
A
2
20
hr
log
t
−
2
log
−
log
I
1
A
capacity)
log
t
1
I
2
2
.