C
Gebruik van het toestel
OPGELET
De flexibele gasleiding mag
i n g e e n g eva l a c h t e r e e n
oven lopen en niet in contact
komen met voorwerpen die
verbranding zouden kunnen
veroorzaken.
Aansluiting
via slang met
mechanisch
opzetstuk
Slang met
mechanisch
opzetstuk
butaangas
Butaangas
54
NL
Dichting
Slang met
mechanisch
opzetstuk
aardgas
Aardgas
Punten om na te leven tijdens de aansluiting
van de leiding op de gastoevoer:
• Geen enkel deel van de leiding mag in
contact staan met een oppervlak dat warmer
wordt dan 90 °C. De minimumafstand
tussen de leiding en de warme delen dient
20 mm te bedragen.
• de lengte van de leiding mag niet langer
zijn van 1,5 m.
• De leiding mag niet gesneden, geklemd of
geplooid worden.
• De leiding mag niet defect zijn en mag niet
in contact staan met scherpe of snijdende
randen of met bewegende voorwerpen.
• Vóór de installatie dient de leiding volledig
gecontroleerd te worden om na te gaan of
deze geen fabricagefout vertoont.
• Wanneer het gas aangesloten is, dient
de dichtheid van de leiding gecontroleerd
te worden met een specifiek product met
luchtbellen door een erkend technicus.
Er mogen geen luchtbellen verschijnen.
Wanneer er luchtbellen verschijnen,
controleert u de aansluitingspakking en
hervat u de test. Gebruik tijdens de controle
nooit een aansteker, lucifer...
• De leiding dient over de volledige lengte
gecontroleerd te worden.
• De geldigheidsdatum van de leiding dient
regelmatig gecontroleerd te worden.
OPGELET
Gebruik geen aansteker of
lucifer om op gaslekken te
controleren.