Nederlands
Españ ol
4.2 Werking CPR in noodgevallen
English
5. REINIGING
Het is belangrijk om de reinigingsprocedures te volgen om kruiscontaminatie te vermijden. Maak
het oppervlak schoon in een droge en stofvrije omgeving.
OPGELET- De pomp niet onderdompelen in vloeistoffen.
Wrijf de matraseenheid schoon met een doek die in lauw water met een zacht detergent werd
gedrenkt, of met in water opgelost natriumhypochloriet gevolgd door een goedgekeurd
ontsmettingsmiddel. Na de reiniging moeten alle delen aan de lucht drogen voor het gebruik.
OPGELET- Laat de matras na de reiniging aan de lucht drogen, zonder ze te lang aan
Vermijd stof en vermijd stoffige omgevingen. De hoes mag gereinigd worden met in water verdund
natriumhypochloriet. Alle bestanddelen moeten aan de lucht worden gedroogd voor hun gebruik.
De (eventuele) draagtas
worden door veegdesinfectie met ontsmettende oplossingen. Laat ze volledig drogen aan de lucht.
Als de binnenkant eenmaal droog is, draai ze dan terug om en reinig de buitenzijde van de tas met
een desinfectieoplossing.
6. BEWARING
1.
Leg de matras op een vlak oppervlak onderste boven.
2.
Rol de matras op van het hoofdeinde naar het voeteneinde toe, met de CPR-klep open.
3.
De riem van het voeteinde kan rond de opgerolde matras worden geslagen om te vermijden
dat de matras terug afrolt.
NOTA- De matras niet vouwen, plooien of stapelen.
Als zich bij een noodgeval een ademstilstand voordoet, open dan
onmiddellijk de CRP-ventielen van de matras. De CRP-ventielen
bevinden zich aan het hoofdeinde, aan de rechterzijde van de
matras.
rechtstreeks zonlicht bloot te stellen.
moet binnenste buiten worden gekeerd en moet gedesinfecteerd
101