022541 MONTAGEHANDLEIDING
ATTENTIE:
Indien noodzakelijk, dient men de nummerplaat bevestigingssteun van de
dwarsbalk te verwijderen. De steun vindt u alleen op de in Korea vervaardigde
modellen.
1. Meegeleverde onderdelen en bevestigingsmaterialen van de trekhaak verwijderen. Eventueel
aanwezige kit ter plaatse van de bevestigingspunten verwijderen.
2. Ter vereenvoudiging van de montage wordt geadviseerd om de achterwielen te verwijderen.
3. Knip de boorsjabloon uit en plaats deze met het bestaande (ovale) gat op het chassis. De
bovenzijde van het sjabloon moet gelijk liggen met de bovenzijde van het chassis.
4. Teken gat "A" af op het rechter chassis. Gebruik de achterzijde van het sjabloon en teken gat
"A" af op het linker chassis.
5. Boor de gaten "A" geheel door het chassis op ø 13 mm.
6. Monteer de platen "1" en "2" handvast aan de binnenzijde van het chassis t.p.v. de gaten "A"
m.b.v. 2 bouten M12x90 incl. veer-, carrosserieringen, moeren en afstandsbusjes "7".
7. Monteer de trekhaak t.p.v. de gaten "D" aan de platen "1" en "2" handvast m.b.v. 4 bouten M12x35
incl. veerringen en moeren.
8. Monteer hoekprofiel "6" handvast aan de trekhaak t.p.v. de gaten "E" m.b.v. 2 bouten M12x35
inclusief sluitringen, veerringen en moeren.
9. Plaats de strippen "5" tussen de trekhaak en het chassis en zet het geheel vast met een griptang.
Teken de gaten "C" af op de dwarsbalk van het chassis en boor deze geheel door op ø19mm.
Monteer nu de trekhaak t.p.v. de gaten "C" m.b.v. 2 bouten M12x110 incl. afstandbussen "4",
strippen "5", veerringen en moeren
10. Teken nu de gaten "B" af op het chassis.
11. Verwijder de platen "1" en "2" van de trekhaak en boor de gaten "B" geheel door op ø13 mm.
Boor vervolgens de gaten "A" en "B" alleen aan de buitenzijde van het chassis door op ø19
mm.
12. Monteer nu de platen "1" en "2" t.p.v. de gaten "A" en "B" m.b.v. 6 bouten M12x90 incl.
carrosserieringen, afstandbussen "7",veerringen en moeren.
13. Monteer de kogel t.p.v. de gaten "F" m.b.v. 2 bouten M12x70 incl. veerringen en moeren.
14. Zet nu de trekhaak in zijn geheel vast volgens onderstaande aanhaalmomenten.
M12
79 Nm.
Het is noodzakelijk om na ca. 1000 km gebruik de boutverbindingen na te trekken (volgens gegeven
aanhaalmomenten).
15. Bosal kan niet aansprakelijk worden gesteld voor enig gebrek in het produkt zoals veroorzaakt
door de schuld of door welk onoordeelkundig gebruik ook van de gebruiker of een persoon voor
wie hij aansprakelijk is (art. 185, lid 2 N.B.W.).
022541 ANBAUANWEISUNG
ACHTUNG:
Falls notwendig, die Nummerschild-Befestigungsstütze des Querträger entfernen. Dies
gilt nur für in Korea hergestellte Fahrzeuge.
1. Die Anhängevorrichtung auspacken und die Befestigungsteile auf Vollständigkeit überprüfen. Im Bereich
der Befestigungspunkte den Unterbodenschutz entfernen.
2. Um die Montage zu vereinfachen, empfehlen wir die Hinterräder abzumontieren.
3. Die Bohrschablone ausschneiden und diese mit dem vorhandenen (ovalen) Ausschnitt auf das Chassis
legen. Die Oberseite der Schablone muß mit der Oberseite des Chassis übereinstimmen.
4. Loch "A" auf dem rechten Chassis anzeichnen. Die Rückseite der Schablone verwenden und das Loch "A"
auf dem linken Chassis anzeichnen.
5. Die Löcher "A" durch das kpl. Chassis auf ø 13 mm bohren.
6. Die Platten "1" und "2" an der Innenseite des Chassis handfest mit zwei Schrauben M12x90, Federringen,
Karosseriescheiben, Muttern und Distanzbuchsen "7" an den Löchern "A" montieren.
7. Die Anhängevorrichtung handfest mit vier Schrauben M12x35, Federringen und Muttern bei den Löchern
"D" an den Platten "1" und "2" montieren.
8. Das Winkeleisen "6" handfest mit zwei Schrauben M12x35, Unterlegscheiben, Federringen und Muttern an
die Anhängevorrichtung (Löcher "E") montieren.
9. Die Platten "5" zwischen die Anhängevorrichtung und das Chassis legen und mit einer Grippzange
festziehen. Die Löcher "C" auf dem Querträger des Chassis anzeichnen und diese kpl. auf ø 19 mm
durchbohren.
Die Anhängevorrichtung mit zwei Schrauben M12x110, Distanzbuchsen "4", Platten "5", Federringen und
Muttern an den Löchern "C" montieren.
10. Die Löcher "B" auf dem Chassis anzeichnen.
11. Die Platten "1" und "2" von der Anhängevorrichtung entfernen und die Löcher "B" auf ø 13 mm durchbohren.
Die Löcher "A" und "B" nur an der Außenseite des Chassis auf ø 19 mm bohren.
12. Die Platten "1" und "2" mit sechs Schrauben M12x90, Karosseriescheiben, Distanzbuchsen "7", Federringen
und Muttern an den Löchern "A" und "B" montieren.
13. Die Kugel mit zwei Schrauben M12x70, Federringen und Muttern an den Löchern "F" montieren.
14. Die Anhängevorrichtung ausrichten und alle Schrauben mit folgenden Drehmomenten anziehen:
M12
79 Nm.
Nach ca. 1000 km die Bolzenverbindungen wie angegeben nachziehen.
15. Für einen Mangel am Produkt, der durch den Fahrzeughalter oder eine andere Person aufgrund unsachgemäßer
Benutzung verursacht wurde, übernimmt Bosal keine Haftung. (art. 185 lid 2 N.B.W.)
7(9)