BEDIENING
1. Monteren van het schroefstuk
Volg altijd de onderstaande aanwijzingen bij het
monteren van het schroefstuk. (Afb. 4)
(1) Trek de geleide-ring naar voren.
(2) Steek het schroefstuk in de zeshoekige opening in
de aansluiting
(3) Laat de geleide ring los, waarna deze naar de
oorspronkelijke positie terugkeert.
LET OP:
Als de geleide ring niet naar de oorspronkelijk positie
terugkeerd, is het schroefstuk niet op de juiste wijze
gemonteerd.
2. Het bit verwijderen
Volg de instructies voor het aanbrengen van het bit
in omgekeerde volgorde op.
3. Kontroleer of de accu op de juiste manier aange
bracht is
4. Kontroleer de draairichting.
De boor draait rechtsom (van achteren gezien)
wanneer de R-kant van de omzetschakelaar ingedrukt
wordt.
De L-kant van de omzetschakelaar dient te worden
ingedrukt om de boor linksom te laten draaien (Zie
Afb. 5) (De
L
en de
behuizing aangebracht).
5. Bediening van de schakellaar
De boor gaat draaien wanneer aan de trekker
getrokken wordt. Wanneer de trekker wordt
losgelaten stopt de boor.
De draaisnelheid van de boor kunt u regelen door
in meer of mindere mate aan de trekschakelaar te
trekken. Wanneer u licht aan de trekschakelaar trekt,
is de snelheid laag en bij harder trekken wordt de
snelheid verhoogd.
OPMERKING
Een gezoem wordt gehoord als de motor begint te
draaien; dit is alleen geluid en duidt geen defekt
aan.
6. Het licht gebruiken.
Trek aan de trekkerschakelaar om het lampje te
laten branden. Het lampje blijft branden zolang de
trekkerschakelaar wordt ingetrokken. Het lampje gaat
uit zodat de trekkerschakelaar wordt losgelaten. (Afb.
6)
LET OP
Kijk niet rechtstreeks naar het licht. Dit kan tot
oogletsel leiden.
7. Vast- en losdraaien van schroeven
Monteer het juiste schroefstuk voor de schroef en
steek het schroefstuk in de groeven van de kop van
de schroef. Draai daarna de schroef vast.
Duw zo hard tegen de snoerloze haakse
slagschroevendraaier aan dat het schroefstuk in de
kop van de schroef blijft.
LET OP
Wanneer de schroef met de snoerloze haakse
slagschroevendraaier te vast wordt gedraaid, kan
de schroef afbreken.
Het onder een hoek vastdraaien van een schroef
met de snoerloze haakse slagschroevendraaier kan
de kop van de schroef beschadigen. Tevens wordt
de schroef dan niet met de juiste aantrekkracht
vastgedraaid. Breng daarom voor het vastdraaien
R
markeringen zijn op de
van
een
schroef
slagschroevendraaier in één lijn met de schroef.
8. Accuniveau-waarschuwingslampje
Het accuniveau kan gecontroleerd worden door aan
de trekkerschakelaar te trekken terwijl het elektrisch
gereedschap in een onbelaste toestand is. Het
accuniveau-waarschuwingslampje brandt wanneer
de accuspanning erg laag is. Als dit gebeurt, moet
u de accu opladen. (Afb. 7)
OPMERKING:
Het
niveau
waarbij
waarschuwingslampje gaat branden varieert
afhankelijk van de omgevingstemperatuur, de
eigenschappen van de accu enz., en mag enkel als
richtlijn worden beschouwd.
Het accuniveau-waarschuwingslampje kan ook gaan
branden wanneer het elektrisch gereedschap
overbelast wordt. Dit betekent dan niet dat er
onvoldoende accuspanning is.
Controleer het accuniveau terwijl het gereedschap in
onbelaste toestand is.
VOORZORGSMAATREGELEN BIJ GEBRUIK
1. De machine laten rusten na continu werk
Na continu vastdraaien van bouten dient u de
machine 15 minuten of zo te laten rusten wanneer
u de batterij vervangt. De temperatuur van de motor,
schakelaar
enz. zal flink stijgen als u direct weer begint te
werken nadat de batterij vervangen is, hetgeen
uiteindelijk kan resulteren in doorbranden van de
machine.
OPMERKING
Raak de lagerkap of de onderdelen van het
impactmechanisme niet aan, aangezien deze zeer
heet zullen worden bij continu gebruik. (Afb. 6)
2. Voorzorgsmaatregelen bij het gebruik van de
snelheidsregelaar
Deze regelaar is voorzien van een ingebouwd,
elektronisch circuit waarmee het toerental traploos
kan worden ingesteld. Hierdoor kunnen, wanneer
de trekschakelaar slechts een beetje wordt
overgehaald (laag toerental) en de motor gestopt
wordt terwijl u een schroef aan het indraaien bent,
onderdelen van het elektronisch circuit oververhit
en beschadigd raken.
3. Gebruik de juiste vastdraaitijd voor de schroef
Het juiste aantrekkoppel voor een schroef varieert
met het materiaal en de grootte van de schroef, en
het materiaal waarin de schroef vastgedraaid wordt.
Dus gebruik de juiste vastdraaitijd voor de schroef.
In het bijzonder als bij het vastdraaien van schroeven
kleiner dan M8 schroeven een lange vastdraaitijd
wordt gebruikt, bestaat het gevaar dat de schroef
breekt. Zorg er daarom voor dat u de vastdraaitijd
en het aantrekkoppel van te voren kontroleert.
4. Zet de bout met het juiste aantrekkoppel vast
Het optimale aantrekkopel van moeren en bouten
hangt af van het materiaal en formaat van de moeren
en bouten. Een buitensporig groot aantrekkoppel
voor een kleine bout kan resulteren in rekken of
breken van de bout. Het aantrekkoppel is groter
naarmate de bedrijfstijd langer is. Gebruik de juiste
wijzerplaatinstelling en vastdraaitijd voor de bout.
Nederlands
de
snoerloze
haakse
het
accuniveau-
32