darf 250 m nicht überschreiten.
An diesem Punkt müssen die einzelnen Bedientafeln LIBRA-C-G/LIBRA-C-GS
in geeigneter Weise konfiguriert werden, und das heißt vor allem, dass eine
Tafel als zentraler MASTER konfiguriert werden muss, der alle anderen, als
SLAVE konfigurierten Karten kontrolliert (siehe Menü Logiken).
Geben Sie außerdem die Bereichsnummer (siehe Menü Parameter) zwischen
0 und 127 ein.
Die Bereichsnummer gestattet es, Gruppen von Automatisierungen an-
zulegen, die jeweils dem Bereichs-Master entsprechen. Jede Zone kann
nur einen Master aufweisen; der Master der Zone 0 kontrolliert auch
der Master und die Slaves der anderen Zonen. OPGELET: de als master
ingestelde centrale moet de eerste van de serie zijn.
23.2) Tegenovergestelde barrières (Fig. AF)
Door middel van seriële verbinding is het verder mogelijk de gecentraliseerde
besturing te verwezenlijken van 2 tegenovergestelde barrières/hekken.
In dit geval bestuurt het bedieningspaneel Master M1 gelijktijdig de sluiting
en de opening van het bedieningspaneel Slave M2.
INSTELLINGEN NOODZAKELIJK VOOR DE WERKING:
- Kaart MASTER: zone=128, aster=ON
- Kaart SLAVE: zone=128, aster=OFF
BEKABELINGEN NOODZAKELIJK VOOR DE WERKING:
- De MASTER-centrale en de SLAVE-centrale zijn onderling verbonden met
de 4 draden (RX/TX) behorende bij de interfacekaarten SCS1;
- alle activeringscommando's, alsook de afstandsbedieningen moeten naar
de MASTER-kaart verwijzen;
- alle fotocellen (trusted en niet) moeten op de MASTER zijn aangeslo-
ten;
- de veiligheidsranden van de MASTER-vleugel moeten op de MASTER-
centrale zijn aangesloten;
- de veiligheidsranden van de SLAVE-vleugel moeten op de SLAVE-centrale
zijn aangesloten.
24) AFSTELLING AANSLAG
OPGELET: alvorens het klepje te openen, moet de veer ontspannen zijn
(verticale boom). De slagboom beschikt over programmeerbare elektroni-
sche aanslagen en over een mechanische eindaanslag. Tussen elektrische
aanslag en mechanisch arret moet een rotatiemarge behouden blijven (circa
TABEL "A" - MENU PARAMETERS - (PARA )
PARAMETERS min. max. Default Definitie
0
180
tca
40
99
op. t
40
99
cls. t
15
99
Op. speed
15
99
cl speed
0
240
alar . ti e
1
10
bra e
0
128
Zone
open calib.
0
100
(Speciale par. 1)*
clos. calib.
0
100
(Speciale par. 2)*
accel.
1
10
(Speciale par. 6)*
dist. sloud
0
99
(Speciale par. 18)*
*
Universele programmeerbare palmtop.
INSTALLATIEHANDLEIDING
Beschrijving
Tijd automatische sluiting [s]
10
Tijd Sluiting
Numeriek de waarde instellen van de automatische sluitingstijd .
Koppel motoren ope-
Koppel opening [%]
75
ning
Stelt de gevoeligheid aan de hindernis in tijdens de opening (1=max., 99=min.).
Koppel motoren slu-
Koppel sluiting [%]
75
iting
Stelt de gevoeligheid aan de hindernis in tijdens de sluiting (1=max., 99=min.).
Snelheid van regime in opening [%]
99
Snelheid in opening
Numeriek de snelheidswaarde instellen: 1% komt overeen met de minimumsnelheid, 99%
met de maximumsnelheid.
Snelheid op regime in sluiting [%]
99
Snelheid in sluiting
Numeriek de snelheidswaarde instellen: 1% komt overeen met de minimumsnelheid, 99%
met de maximumsnelheid.
Tijd alarm [s]
Bij waarneming van een obstakel of bezette fotocellen voor een tijd hoger dan de ingestelde
tijd (variabel van 10 sec. tot 240 sec.), gaat het SCA-contact dicht. Het contact wordt ver-
30
Tijd alarm
volgens geopend door het Stop-commando of door de activering van de sluitingsaanslag.
Alleen actief door de logica Alarm SCA op OFF in te stellen.
Indien ingesteld op 0 sec., wordt het SCA-contact verbinding met het Parky-systeem (zie
Paragraaf Verbinding met beheersysteem parky-parkeerplaatsen).
Afremming [%]
2
Afremming
De afremming die tijdens de vertragingsfase moet worden toegepast, instellen.
Zona [ ]
0
Zone
Het zonenummer instellen tussen een minimumwaarde 0 en een maximumwaarde 128.
Kalibratie openingshoek [%]
Kalibratie openings-
80
De referentiehoek instellen van 0,0 tot 100,0, voor de gewenste openingspositie (zie
hoek
Paragraaf Afstelling Aanslag).
Kalibratie sluitingshoek [%]
Kalibratie sluitings-
25
De referentiehoek instellen van 0,0 tot 100,0, voor de gewenste sluitingspositie (zie Pa-
hoek
ragraaf Afstelling Aanslag).
Versnelling [%]
3
Versnelling
De versnelling die op het begin van iedere beweging moet worden toegepast, instellen
van 1% tot 99%.
Ruimte afremming [%]
70
Ruimte afremming
Stelt de ruimte van benadering naar de eindaanslag in. Deze ruimte wordt uitgevoerd
aan lage snelheid.
https://appceso.com
1°), zowel bij sluiting als bij opening (Fig. J).
De instelling van de aanslagposities bij opening en bij sluiting vindt plaats
door de parameters van het bedieningsbord Calibratie hoek Opening en
Calibratie hoek Sluiting te wijzigen: door de waarde ervan te verhogen,
worden de aanslagposities in openingsrichting verplaatst.
25) NOOD-DEBLOKKERING (Fig. Y)
OPGELET: Mocht het nodig zijn de deblokkering te activeren in een actuator
zonder boom, controleren of de balanceringsveer niet is ingedrukt (boom
in openingspositie).
26) STORING: OORZAKEN en OPLOSSINGEN.
26.1) De boom gaat niet open. De motor draait niet.
OPGELET: alvorens het deurtje te openen, moet de veer ontspannen
zijn (verticale boom).
1) Controleren of de fotocellen niet vuil zijn, of bezet, of niet uitgelijnd.
2) De correcte aansluiting van de motor controleren.
3) Controleren of de elektronische apparatuur normaal van stroom wordt
voorzien. De goede staat van de zekeringen controleren. In geval van storing
van de zekering deze verwijderen (ter vervanging) zoals aangegeven.
4) Door middel van de zelfdiagnose van het schakelbord (zie Tabel "Toegang
tot de menu's"), controleren of de functies correct zijn. Eventueel de
oorzaak van het defect opsporen. Als de zelfdiagnose aangeeft dat een
start-commando aanhoudt, controleren of er geen afstandsbedieningen,
startknoppen of andere bedieningsinrichtingen zijn die het startcontact
actief (dicht) houden.
5) Het schakelbord vervangen, als het niet functioneert.
6) De activering van de referentie-microschakelaars controleren door de
meldingen die op het display van het bedieningsbord verschijnen, te
controleren.
7) De spankabels van de veergeleider invetten in geval van geluiden of
trillingen.
26.2) De boom gaat niet open. De motor draait, maar er vindt geen
beweging plaats.
1) De handmatige deblokkering is geactiveerd gebleven. De gemotoriseerde
werking herstellen.
2) Als de deblokkering in positie van gemotoriseerde werking is, de goede
staat van de reductor controleren.
GIOTTO 30-50 S BT / GIOTTO 30-50 BT -
51