Publicidad
024773 MONTAGEHANDLEIDING
1. Meegeleverde onderdelen en bevestigingsmaterialen van de trekhaak verwijderen. Eventueel
aanwezige kit ter plaatse van de bevestigingspunten verwijderen.
2. Sla de koffer vloerbekleding terug. Verwijder het reservewiel en het kunststof achterpaneel.
Demonteer de bumper en de achterste uitlaatophanging.
3. Monteer plaat "1" aan de trekhaak t.p.v. de gaten "A" m.b.v. 2 bouten M10x30 incl. veerringen en
moeren.
4. Plaats de trekhaak onder de auto tussen het chassis en met plaat "1" tegen het achterbord. Teken
de gaten "B" af op de auto. Boor de gaten "B" door de koffervloer op ø11.
5. Meet aan de binnenzijde van de auto de gaten "C" en "D" op 70 mm achter gat "B" en boor deze
door de kofferbodem op ø11 mm.
6. Monteer de trekhaak handvast onder de auto t.p.v. de gaten "B", "C" en "D" m.b.v. 4 bouten M10x30
incl contraplaatjes "2", veerringen en 3 moeren. Hierbij plaat "6" tussen bodem en trekhaak
schuiven.
7. Boor de gaten "E" door de bandenbak op ø11 mm.
8. Monteer de trekhaak t.p.v. de gaten "E" m.b.v. 2 bouten M10x40 en 2 bouten M10x70, incl.
veerringen, carrosserieringen en moeren.
9. Boor de gaten "F", "G" en "H" door het achterpaneel tot in de kofferruimte op ø9 mm.
10. Boor de gaten "F", "G" en "H" vanuit de kofferruimte enkelzijdig door op ø18 mm.
11. Monteer plaat "3" t.p.v. de gaten "F" m.b.v. 2 bouten M8x50 incl. veerringen en moeren handvast.
12. Monteer plaat "3" t.p.v. de gaten "G" m.b.v. 2 bouten M8x40 incl. afstandbussen "4", veerringen en
moeren handvast.
13. Monteer t.p.v. gat "H" een bout M8x50 incl. afstandbus "4", montagestripje, veerring en moer.
14. Maak een uitsparing in de bumper volgens detail.
15. Zet de trekhaak vast. Hierbij de volgende aanhaalmomenten hanteren:
M8
23 Nm
M10 46 Nm
Het is noodzakelijk om na ca. 1000 km gebruik de boutverbindingen na te trekken (volgens gegeven
aanhaalmomenten).
16. Monteer de uitlaatsteun weer terug. Plaats hier de vulring ø30x13x6 tussen chassis en
uitlaatsteun.
Herplaats de eerder verwijderde onderdelen.
17. Bosal kan niet aansprakelijk worden gesteld voor enig gebrek in het produkt zoals veroorzaakt door
de schuld of door welk onoordeelkundig gebruik ook van de gebruiker of een persoon voor wie hij
aansprakelijk is (art. 185, lid 2 N.B.W.).
024773 ANBAUANWEISUNG
1. Die Anhängevorrichtung auspacken und die Befestigungsteile auf Vollständigkeit überprüfen. Im
Bereich der Befestigungspunkte den Unterbodenschutz entfernen.
2. Die Kofferraummatte entfernen. Das Reserverad und die Kunststoffverkleidung des
Abschlußbleches entfernen. Den Stoßfänger und die hintere Auspuffstütze demontieren.
3. Platte "1" mit zwei Schrauben M10x30, Federringen und Muttern an die Löcher "A" der
Anhängevorrichtung montieren.
4. Die Anhängevorrichtung unter das Fahrzeug zwischen das Chassis legen und mit Platte "1" gegen
das Abschlußblech. Die Löcher "B" auf dem Fahrzeug anzeichnen.
5. An der Innenseite des Fahrzeugs die Löcher "C" und "D" auf 70 mm hinter Loch "B" ausmessen und
diese auf ø 11 mm durch den Kofferraumboden bohren.
6. Die Anhängevorrichtung handfest mit vier Schrauben M10x30, Gegenplatten "2", Federringen und
drei Muttern unter das Fahrzeug an die Löcher "B", "C" und "D" montieren. Die Platte "6" zwischen
Boden und Anhängevorrichtung schieben.
7. Die Löcher "E" auf ø 11 mm durch den Reserveradbehälter bohren.
8. Die Anhängevorrichtung mit zwei Schrauben M10x40 und zwei Schrauben M10x70, Federringen,
Karosseriescheiben und Muttern an die Löcher "E" montieren.
9. Die Löcher "F", "G" und "H" durch das Abschlußblech bis in den Kofferraum auf ø 9 mm bohren.
10. Die Löcher "F", "G" und "H" vom Kofferraum aus einseitig auf ø 18 mm bohren.
11. Die Platte "3" handfest mit zwei Schrauben M8x50, Federringen und Muttern an die Löcher "F"
montieren.
12. Die Platte "3" handfest mit zwei Schrauben M8x40, Distanzbuchsen "4", Federringen und Muttern an
die Löcher "G" montieren.
13. Eine Schraube M8x50, Distanzbuchse "4", Montageplatte, Federring und Mutter an Loch "H"
montieren.
14. Einen Ausschnitt im Stoßfänger gemäß Détail vornehmen.
15. Die Anhängevorrichtung ausrichten und alle Schrauben mit folgenden Drehmomenten anziehen:
M8
23 Nm
M10 46 Nm
Nach ca. 1000 km die Bolzenverbindungen, wie angegeben, nachziehen.
16. Die Auspuffstütze wieder montieren. Die Scheibe ø 30x13x6 zwischen das Chassis und die
Auspuffstütze legen.
Alle entfernten Teile wieder montieren.
17. Für einen Mangel am Produkt, der durch den Fahrzeughalter oder eine andere Person aufgrund
unsachgemäßer Benutzung verursacht wurde, übernimmt Bosal keine Haftung (art. 185 lid 2
N.B.W.).
Publicidad
