Binnenwaterkoeling.
WAARSCHUWING! Tijdens werkzaamheden
aan het buitenwatersysteem bestaat gevaar
voor overstromingen. Zet de motor uit en sluit
de buitenwaterkraan alvorens met de werk-
zaamheden te beginnen.
1. Sluit de buitenwaterinlaat.
2. Tap water uit de motor af.
3. Spoel de motor in zoet water indien deze ge-
bruikt is in zout water.
4. Haal de spanbeugel en de V-riem van de dyna-
mo uit elkaar.
5. Haal de dynamo omhoog en opzij (zet in om-
hooggebrachte positie vast).
6. Verwijder twee schroeven en vulringen in de
versnellingsbakdeksels (onder de dynamobeu-
gel), pos 1.
7. Verwijder de plug uit de cilinderkop (onder ther-
mostaathuis), pos 2.
8. Verwijder de slang tussen de zeewaterpomp en
de cilinderkop en ook de bovenste leiding (wordt
later niet meer gebruikt). Snijd de aanwezige
slang af tot een lengte van 75 mm, pos 3.
9. Breng de circulatiepomp aan (compleet met
spanbeugel en vulring). Draai de schroeven
aan (M8x75) met een aanhaalmoment van 20
Nm (2 kpm), pos 4.
10. Haal het thermostaathuis, de leiding tussen het
thermostaathuis en de bocht in de uitlaatpijp en
de cilinderkop uit elkaar.
11. Vervang de thermostaat (N.B. nieuwe af-
dichtring) en breng het thermostaathuis aan.
12. Breng de twee beugels (pos 9) losjes aan rondom
de warmtewisselaar (pos 5) met 2 flensschroe-
ven en 2 flensmoeren. Hang de warmtewisselaar
losjes op met twee soortgelijke schroeven.
a) Breng de pijp (pos 6)*) en de slang (pos 3)
tussen de warmtewisselaar en de zeewater-
pomp aan; gebruik de aanwezige slangklemmen
(smeer zeepoplossing op alle rubber ringen).
b) Breng de pijp tussen de warmtewisselaar en
het thermostaathuis aan, pos 7.
c) Breng de pijp tussen de warmtewisselaar en
de circulatiepomp aan, pos 8. Steek de pijp in
de warmtewisselaar en stel af in de beste
stand. Strak vastdraaien met de vier schroeven
op de warmtewisselaar.
13. Breng de pijp aan tussen de warmtewisselaar
en de bocht in de uitlaatpijp, pos 10 (2002= kor-
te pijp, 2003= lange pijp). Opmerking: de beu-
gel voor de pijp, pos 11, en de nieuwe klem,
pos 11a.
14. Breng de pijp aan tussen de circulatiepomp
(onderste uitlaat) en het cilinderblok, pos 12.
15. Breng de pijp aan tussen de circulatiepomp
(bovenste uitlaat) en de cilinderkop, pos 13.
16. Breng de dynamo aan; breng de schroef voor
de beugel aan met de kop naar buiten gedraaid.
Plaats een nieuwe V-riem en span de riem.
17. Bevestig de expansietank op een schot of iets
soortgelijks. De tank mag niet zo laag geplaatst
worden dat de beugel zich onder het bovenste
deel van de cilinderkop bevindt, pos 14 en 15.
18. Breng de slang tussen de tank en de circulatie-
pomp aan (aftakpijp). Alleen enkelvoudige slang-
klemmen op het binnenwatergedeelte, pos 16.
19. Verwijder de plug uit het thermostaathuis en
breng de connector aan, pos 17.
20. Breng de slang (pos 18) aan tussen de tank en
het thermostaathuis (koppeling). Klem de
slangen vast in hun positie met behulp van een
zachte clip.
21. Breng de pluggen aan in de uitlaatpijp en de
cilinderkop, pos 19 en 20.
22. Vul het systeem tot het juiste niveau met een
mengsel van zoetwater (50%) en ethyleengly-
col (50%), of anders een roestwerend middel
(Volvo Penta accessoire). Inhoud binnenwater-
systeem: 2002= 4,0 dm
(liter). Open de zeewaterinlaat.
Warmwateruitlaat.
1. Verwijder de plug op de circulatiepomp en breng
de slangkoppeling (3/8"-18 NPTF ) aan, pos 21.
2. Verwijder de zinken plug van de cilinderkop,
pos 22, en breng de slangkoppeling (1/2"-14
NPTF) aan, pos 23.
De pijlen op de koppelingen geven de stroom-
richting van het water aan. Het aanbevolen wa-
tervolume voor verwarming is ongeveer 20 li-
ter. De aanbevolen maten van de slang zijn
16x4 (5/8-x5/32"). Wanneer er veel heet water
verbruikt wordt (lange opwarmingstijd van de
motor) moet het systeem worden aangevuld
met een thermostaat, 60° (slangthermostaat)
bij de uitlaatkoppeling.
Opmerking: De bovenste rand van de heetwa-
terverwarming mag niet hoger geplaatst worden
dan de "min"-markering op de expansietank.
BELANGRIJK! Laat de motor warmlopen nadat de
montage voltooid is. Zorg dat er geen lekkages
zijn. Controleer en draai alle slangklemmen aan.
*) De set bevat een slangkoppeling van 90°. Deze moet worden
gebruikt om de vacuümklep voor de binnenwaterkoeling te
monteren en vervangt in dit geval de leiding afgebeeld in pos 6.
3
(liter), 2003= 5,5 dm
3