4. AANLEREN VAN DE TIJDEN - SET-UP
Wanneer de kaart wordt gevoed en als er nooit een SET-UP is uitgevoerd, of als de kaart dit vereist,
knippert op het display de code
Tijdens de SET-UP worden de aangesloten accessoires geregistreerdBUS-2EASY. De
encoders BUS-2EASY die via de SET-UP geregistreerd zijn, moeten daarna geactiveerd
worden via de functie
Voer de SET-UP-procedure als volgt uit:
Tijdens de SET-UP zijn de beveiligingen gedeactiveerd! Voer de handelingen daarom
uit terwijl u vermijdt om door de zone waarin de hekvleugels bewegen te lopen.
In geval van installatie van een systeem zonder gebruik van encoders, zijn mechani-
sche stopaanslagen voor de hekvleugels nodig.
1. Open de BASIS-programmering en ga naar de functie
--
--
de code
verschijnt.
2. Controleer of de hekvleugels van het hekken gesloten zijn. Als dit niet het geval is, ga dan als
volgt te werk:
- Houd de toets -/R2 ingedrukt om de hekvleugel 2 te sluiten
- Houd de toets -/R1 ingedrukt om de hekvleugel 1 te sluiten
Wanneer het indrukken van de toetsen +/R1 en/of -/R2 het openen van de betref-
fende hekvleugel aanstuurt, moet u de spanning wegnemen en op het klemmenbord
J2 de kabels van de fasen van de betreffende motor omwisselen (klemmen 2-3
voor de motor van hekvleugel 1 en klemmen 5-6 voor de motor van hekvleugel 2).
3. Wanneer de hekvleugels van het hekken gesloten zijn, lanceert u de SET-UP-procedure door de
+
en - ingedrukt te houden tot op het display het opschrift
knoppen
+
4. Laat de knoppen
Werking ZONDER Encoder
Stop de beweging door een impuls OPEN
A te geven zodra hekvleugel 1 de stopaan-
slag bereikt.
5. Op het display knippert
Werking ZONDER Encoder
Stop de beweging door een impuls OPEN
A te geven zodra hekvleugel 2 de stopaan-
slag bereikt.
6. Op het display knippert
Werking ZONDER Encoder
Stop de beweging door een impuls OPEN
A te geven zodra hekvleugel 2 de stopaan-
slag bereikt.
7. Op het display knippert
E145
S0
om aan te geven dat het nodig is om de SET-UP uit te voeren.
En
(BASIS-programmering).
en - weer los. De hekvleugel 1 begint een verplaatsing om te openen.
S2
(alleen als er 2 motoren geselecteerd zijn): hekvleugel 2 begint te openen.
S3
(alleen als er 2 motoren geselecteerd zijn): hekvleugel 2 begint te sluiten.
S4
: hekkvleugel 1 begint te sluiten.
tL
, waar bij het loslaten van de knop F
Werking MET Encoder
Hekvleugel 1 stopt zodra de stopaanslag is be-
reikt. Wanneer er geen stopaanslag is, moet u
de beweging van de hekvleugel op het gewenste
punt stoppen door een impuls OPEN A te geven.
Werking MET Encoder
Hekvleugel 2 stopt zodra de stopaanslag is
bereikt. Wanneer er geen stopaanslag is, moet u
de beweging van de hekvleugel op het gewenste
punt stoppen door een impuls OPEN A te geven.
Werking MET Encoder
Hekvleugel 2 stopt zodra de stopaanslag is be-
reikt. Wanneer er geen stopaanslag is, moet u
de beweging van de hekvleugel op het gewenste
punt stoppen door een impuls OPEN A te geven.
8
S1
knippert (circa 3 sec).
732783 - Rev.C