VOORZORGSMAATREGELEN ( vervolg)
gebruiksaanwijzing en neem tevens
veiligheidsvoorzorgsmaatregelen
aangepast aan de aard van de
vloeistof die u wilt doseren en aan
de temperatuur van het water die
de DOSATRON aandrijft. Wees
uiterst voorzichtig in aanwezigheid
van gevaarlijke stoffen (corrosieve,
giftige, oplossende, zure, brandende,
ontvlambare, enz...)
- Raadpleeg voor het aanzuigen
van agressieve chemicaliën uw
leverancier, om vast te stellen of de
doseerpomp hiertegen bestand is
- De eigenaar of gebruiker van de
pomp draagt de verantwoording
om vast te stellen of de juiste
hoeveelheid injectievloeistof wordt
opgezogen om het gewenste
resultaat te bereiken.
- Het instellen van de dosering mag
nooit onder druk plaatsvinden. Draai
de watertoevoer uit en laat de druk
naar nul zakken.
- Lucht, een verontreiniging of
chemische aantasting van een
afdichtring/pakking kan het doseren
beïnvloeden. Het is aanbevolen
om regelmatig te controleren of er
injectievloeistof wordt aangezogen.
- Vervang de aanzuigslang zodra
deze aangetast lijkt door de
injectievloeistof.
- laat de DOSATRON na gebruik niet
onder druk staan.
- spoelen van de DOSATRON is
gewenst:
. bij het vervangen van de
injectievloeistof
. vóór onderhoud aan de
DOSATRON,
©
©
DOSATRON INTERNATIONAL / 163
DOSATRON INTERNATIONAL / 163
teneinde contact met de
injectievloeistof te vermijden.
- Het in en uit elkaar nemen van de
pomp mag niet met gereedschap
gebeuren, gebruik alleen handkracht.
2 - VERONTREINIGD WATER
- Installeer een filter met een
maaswijdte van 80-130 micron -
200-120 mesh (afhankelijk van de
waterkwaliteit) vóór de DOSATRON
(zie accessoires). Wanneer geen
filter wordt geïnstalleerd kunnen
verontreinigingen er de oorzaak van
zijn dat de DOSATRON voortijdig
slijt.
3 - WATERSLAG/
BUITENSPORIGE
DOORSTROMING
- Installaties welke onderhevig zijn
aan waterslag dienen voorzien
te worden van een beveiliging,
zoals een terugslagklep en/of
waterslagdemper.
- Bij geautomatiseerde installaties
worden langzaam openende
en sluitende magneetventielen
aanbevolen.
- In geautomatiseerde installaties
waarin de DOSATRON diverse
sectoren bedient, dienen de
magneetventielen gelijktijdig in en uit
geschakeld te worden.
4 - PLAATSING EN
INSTALLATIE
- De plaatsing van de DOSATRON
en de container met injectievloeistof
moet vrij toegankelijk zijn, maar
zodanig dat vluchtige chemicaliën
de injectievloeistof niet kunnen
bederven en geen risico tot
vervuiling meebrengen.
- Het wordt aanbevolen om alle
leidingen te voorzien van de
waarschuwing:
"niet voor menselijke
consumptie".
5 - ONDERHOUD
- Spoel de DOSATRON na gebruik
door. Hang de aanzuigslang in een
emmer met schoon lauw water en
zuig ongeveer een 1/4 liter op [0.264
US Gallons]).
- Regelmatig onderhoud, minimaal
eens per jaar, zal de levensduur van
uw DOSATRON verlengen. Vervang
de doseerpakkingen/afdichtringen en
de aanzuigslang minimaal eens per
jaar om u van een juiste dosering te
verzekeren.
6 - SERVICE
- Elke DOSATRON wordt voor het
inpakken in de fabriek getest.
- Complete onderhoud- en
pakkingsets zijn verkrijgbaar.
- Bel uw leverancier of Dosatron voor
service of onderdelen.
©
©
DOSATRON INTERNATIONAL / 164
DOSATRON INTERNATIONAL / 164