BEGINNEN
DE CAMERA AAN- EN UITZETTEN
fig.1.1 Camera aan
De hoofdschakelaar bevindt zich bovenop de camera.
1. Schuif de hoofdschakelaar naar het pictogram (
• De lenskap gaat open.
• De LCD gaat automatisch aan.
2. Om de camera uit te zetten schuift u de Hoofdschakelaar weg van (
N.B.:
Om de batterijen te sparen schakelt de camera automatisch uit als hij gedurende 60 seconden niet is
gebruikt. Dit gebeurt ook terwijl de standenschakelaar op de Camerastand staat. Druk op de sluiterknop om
de camera weer aan te zetten.
DE BATTERIJLADING CONTROLEREN
Op het LCD-scherm worden vijf batterijniveaus aangeduid
Batterijen zijn vol
en klaar voor
gebruik
batterijen zijn nog
3/4 vol.
N.B.:
• De batterij-indicator van de camera geeft niet altijd de toestand van een oplaadbare batterij nauwkeurig
weer, zelfs niet als de oplaadbare batterijen geheel zijn opgeladen, als gevolg van de problemen die
oplaadbare batterijen nu eenmaal veroorzaken.
• Om de batterijen te sparen schakelt de camera automatisch uit als hij gedurende 60 seconden niet is
gebruikt. Om deze instelling te wijzigen zie pag. 315.
• Voor de beste prestaties raden we aan oplaadbare NiMH batterijen te gebruiken.
• Neem de batterijen uit de camera als deze voor langere tijd niet zal worden gebruikt om corrosie en
lekkage van de batterijen te voorkomen.
fig.1.2 Camera Uit
) om de camera in te schakelen. (fig.1.1)
). (fig.1.2)
batterij zijnnog
1/4 vol.
Batterijen bijna leeg en
moeten binnenkort
worden vervangen.
Batterijen zijn leeg,
knippert rood en
moeten vervangen.
291
batterijen zijn nog
1/2 vol