La pulizia periodica dei componenti della pompa ne prolungherà
la vita e l'efficienza. Fare riferimento alle fasi seguenti:
1. Scollegare la pompa dall'alimentazione.
2. Ispezionare il cavo di alimentazione per accertarsi che sia in
buone condizioni, senza tagli o intaccature. NOTA - Il cavo di
alimentazione non può essere sostituito. In caso di danni, sarà
necessario sostituire l'intera pompa.
3. Controllare il galleggiante per accertarsi che si muova
liberamente. Pulire se necessario.
4. Rimuovere le tre viti che fissano la voluta alla pompa, quindi
rimuovere la voluta.
5. Utilizzando una spazzola e olio sbloccante, eliminare
delicatamente eventuale corrosione o residui che potrebbero
ostruire la girante. Grattare via eventuale materiale incrostato,
se presente.
6. Ruotare manualmente la girante accertandosi che ruoti
liberamente.
7. Accertarsi che il galleggiante si muova liberamente. Pulire se
necessario.
8. Collegare la pompa all'alimentazione e accertarsi che la
girante ruoti liberamente (vedere il paragrafo relativo al test).
ATTENZIONE: non far funzionare la pompa a secco per più di
qualche secondo.
9. Scollegare la pompa dall'alimentazione.
10. Utilizzando le tre viti rimosse in precedenza, fissare la voluta
alla pompa.
11. Collegare la pompa all'alimentazione e accertarsi che funzioni
correttamente.
12. Se la pompa non funziona correttamente, rivolgersi al rivenditore
per l'assistenza. NON aprire la parte a tenuta della pompa né
rimuovere viti diverse da quelle indicate. Non tagliare il cavo
elettrico quando si rimuove la pompa dall'apparecchiatura,
scollegarla tramite i collegamenti normali. Il mancato rispetto
di queste linee guida può invalidare la garanzia.
13. Se si rimuove la girante, accertarsi di rimontarla correttamente.
Lo spazio della girante è calibrato dalla piastra posteriore
al bordo della girante stessa. Usare un oggetto di spessore
pari a 1,35 mm per regolare la distanza della girante dalla
piastra posteriore. Serrare le viti sulla girante a 0,35 - 0,55 Nm
(manualmente).
NEDERLANDSE
NL
Dit instructieblad bevat de informatie die u nodig hebt om uw Little
Giant-product op een veilige manier te gebruiken. Bewaar deze
instructies voor later gebruik.
Het Little Giant-product dat u hebt gekocht, biedt de hoogste
kwaliteit op het gebied van vakmanschap en gebruikte materialen
en is vervaardigd voor een lange en betrouwbare gebruiksduur.
Little Giant-producten worden zorgvuldig getest, gecontroleerd
en verpakt om een veilige levering en werking te verzekeren.
Controleer uw artikel (en) zorgvuldig om u ervan te verzekeren
dat er tijdens het transport geen beschadiging is opgetreden.
Als u beschadiging vaststelt, moet u contact opnemen met
het verkooppunt waar u het product hebt gekocht. Zij zullen
ervoor zorgen dat, indien nodig, uw product wordt vervangen of
hersteld.
LEES DEZE INSTRUCTIES ZORGVULDIG VOORDAT U UW
LITTLE GIANT-PRODUCT PROBEERT TE INSTALLEREN, TE
BEDIENEN OF TE ONDERHOUDEN. MAAK U VERTROUWD
MET DE GEBRUIKSTOEPASSINGEN, BEPERKINGEN EN
MOGELIJKE GEVAREN VAN HET PRODUCT. BESCHERM
UZELF EN ANDEREN DOOR ALLE VEILIGHEIDSRICHTLIJNEN
NA TE LEVEN. NIET NALEVEN VAN DEZE RICHTLIJNEN KAN
LICHAMELIJK LETSEL EN/OF MATERIËLE SCHADE TOT
GEVOLG HEBBEN!
8
BESCHRIJVING
De pompen voor condenswaterafvoer van de ABS-reeks zijn
speciaal ontworpen voor aan het plafond gemonteerde, gekoelde
airconditioners (en andere) waar minimale hoogte belangrijk is.
De 1-ABS is bestemd om rechtstreeks in een verzamelreservoir
te worden geplaatst en de 2-ABS/3-ABS maakt gebruik van een
door de fabrikant geleverd reservoir. De pompen worden bediend
door vlotter- en schakelmechanismen die de pomp automatisch
aan- en uitzetten.
VEILIGHEIDSRICHTLIJNEN
Lees deze richtlijnen zorgvuldig. Niet naleven van deze rechtlijnen
zal elke vorm van garantie doen vervallen en kan lichamelijk letsel
of materiële schade veroorzaken.
Alle bedrading en loodgieterswerk moeten vast zijn en voldoen
aan de lokale, regionale en nationale elektriciteitscodes.
Schakel de elektriciteit uit in de zekeringenkast alvorens de pomp
te onderhouden.
Ontkoppel de pomp van de stroomvoorziening alvorens hem te
onderhouden of onderdelen ervan te verwijderen.
De pomp niet gebruiken waar het waterniveau het actieve
werkniveau van de pomp kan overschrijden.
De pomp niet volledig onderdompelen.
Gebruik de pomp niet voor ontvlambare of explosieve vloeistof-
fen zoals benzine, huisbrandolie, kerosine, enzovoort. Gebruik de
pomp niet in een omgeving met explosiegevaar. Gebruik de pomp
enkel voor vloeistoffen waarvoor de materialen van de onderdelen
van de pomp geschikt zijn.
Raak de pomp niet aan met natte handen of wanneer u op een
natte of vochtige vloer of in het water staat.
Deze pomp wordt geleverd met een aardgeleider en/of een
aardleidingstekker. Sluit de pomp enkel aan op een correct geaard
stopcontact of contactdoos met aarding om het gevaar voor elek-
trische schokken te verminderen.
Bij installaties met mogelijk gevaar voor materiële schade en/of
lichamelijk letsel ten gevolge van een niet-werkende of lekkende
pomp wegens stroomuitval, een geblokkeerde afvoerleiding of om
welke andere reden dan ook, moet u een of meer reservesystemen
en/of een alarmsysteem gebruiken.
Zorg ervoor dat u de pomp en leidingen voldoende ondersteunt
wanneer u het systeem monteert en installeert. Zoniet, bestaat de
kans dat de leidingen scheuren of breuken zullen vertonen, de
pomp niet werkt, de lagers van de motor defect raken, enzovoort.
De motorbehuizing van deze pomp is gevuld met een diëlektrische
olie voor warmteoverdracht en levenslange smering van de lagers.
Deze olie is niet-toxisch. Indien echter olie uit de behuizing ontsn-
apt kan die snel verwijderd worden door krantenpapier op het
wateroppervlak te plaatsen om de olie op te zuigen.
OPSTELLING
1. Verwijder de pomp zorgvuldig uit de verpakking. Er werd een
kartonnen inlegstuk aangebracht om beweging van schakelaars
gedurende het transport te beletten. Verwijder dit inlegstuk door
het voorzichtig uit de pomp te trekken. OPMERKING: de pomp
zal niet werken indien dit inlegstuk niet wordt verwijderd.
2. 2-ABS en 3-ABS: gebruik de twee gaten in het reservoir om de
pomp op een geschikte plaats op te stellen. Zorg ervoor dat
de pomp waterpas staat en dat de inlaat zich onder de afvoer
van de spiraalbuis bevindt.
3. Plaats een afvoerleiding (soepele slang of buis) vanaf de
verdamperafvoer tot in het pompreservoir met een neerwaartse
helling om vrij stromen toe te laten.
4. Breng de afvoerlijn vanaf de pomp recht omhoog en zo
hoog als nodig, maar niet boven de opvoerhoogte/GPH van
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING