Voorzichtig!
Benut het apparaat niet, alvorens U de gebruiksaanwijzing gelezen en begrepen
heeft.
Bewaart U de gebruiksaanwijzing zorgvuldig en bij de hand, om altijd te kunnen
naslaan.
i
Legende der tekens
Waarschuwing: Gaat U hier principieel voorzichtig te werk.
Volgt U deze aanwijzingen en handelwijzen, om storingen van de functie en schade aan het
apparaat te voorkomen.
Opgelet: Wijst op het uitvoeren van een speciaal benodigde actie.
Tip: Kenmerkt nuttige gebruikeraanwijzingen.
VEILIGHEIDSAANWIJZING
De conceptie baseert op de inzet in geschikte binnenkamers op vlakken met een
stijging van max. 2 % en dient niet voor het gebruik resp. bewaren in de open lucht.
50
Algemene aanwijzingen
• De Reinigingswagen dient uitsluitend voor het transport van geschikte, voor de
reiniging noodzakelijke schoonmaak benodigdheden. Het transport van personen
evenals van gevaarlijke goederen en het bewaren van levensmiddelen is niet
toelaatbaar.
• Onachtzaam botsen tegen wanden, meubels enz. kan beschadigingen aan de
inventaris evenals aan de reinigingswagen veroorzaken.
• De inzet op natte vloerbedekkingen veroorzaakt een veranderd rijgedrag evenals een
verlengde remweg.
• De inzet en de bewaring van de reinigingswagen in een natte omgeving moet
worden vermeden. De bediening mag uitsluitend door geschoold personeel worden
uitgevoerd.
• Onderhoudswerkzaamheden mogen alleen door vakkundig personeel of de producent
worden uitgevoerd. Er mogen zonder uitzondering alleen originele reservedelen
worden gebruikt.
• De batterij moet voor de verschroting van het apparaat worden uitgebouwd en
separaat worden verwijderd. Voor de uitbouw van de batterij moet het laadaggregaat
elektrisch worden verbroken.
• Maximale belading: 80 kg. plus bediener. Geluidsniveau naar EN0704-1 bedraagt
<70dB(A).
• De effectieve versnellingswaarde op de armen van de gebruiker bedraagt <1,0 m/s, op
de gebruiker in totaal 0,3 m/s,
Gebruiksaanwijzing
Wagen al naar reinigingsmethode uitrusten. Het is hierbij raadzaam op een mogelijk
gelijkmatige gewichtsverdeling te letten.
Voor inbedrijfstelling moet men erop letten, dat de deuren gesloten zijn. De
reinigingsutensiliën moeten in hun reglementaire positie worden gebracht, zodat geen
voorwerpen uitsteken of gedurende de rit naar beneden kunnen vallen.
Bij joystick in ruststelling of uitschakeling van de bedrijfsspanning wordt de wagen
automatisch geremd.
Het afzetten moet zo gebeuren, dat een ongewwenst wegrollen wordt voorkomen. In
parkeerpositie (gedurende de reiniging of het onderhoud) moet voor een bescherming
tegen een ondeskundig gebruik door onbevoegden het apparaat worden uitgeschakeld
(sleutelschakelaar op NO en sleutel aftrekken).
D
EN
F
I
ES
DK
PL
HU
NL
51