Installatie-instructies
Controle bij ontvangst
Bij ontvangst dienen de goederen gecon-
troleerd te worden en bij eventuele gebre-
ken dient het transportbedrijf en de verze-
keringsmaatschappij hiervan schriftelijk op
de hoogte gesteld te worden.
Bescherming van het milieu
De verpakking dient overeenkoms-
tig de door de gemeente vastgele-
gde milieuvoorschriften afgevoerd
te worden.
Bij het installeren en tijdens onderhoudswerk-
zaamheden er rekening mee houden dat er
HFK-410A met POE olie gebruikt wordt.
Bevat gefluoreerd gas broeikaseffect
dat onder het Protocol van Kyoto valt.
Voor het type gas en de hoeveelheid per
systeem zie het typeplaatje.
GWP (Global Warmng Potential):2088.
Vervoer
Het
toestel
altijd
met
in verticale stand naar de definitieve
installatieplaats verplaatsen.
Vrije ruimten
Men dient ruimte vrij te laten voor
onderhoudswerkzaamheden
voorkomen dat de uitblaas door voorwerpen
gehinderd wordt (afb. 1).
Installeren van de binnenunit
De
toestellen
kunnen
vloerhoogte, horizontaal tegen het plafond
of verticaal op de wand geïnstalleerd
worden (afb. 2).
Bevestigen
Verwijder
de
zijpanelen
luchtinlaatrooster volgens de tekeningen
(afb. 3, 4 en 5).
Bevestig de steunen op de wand of
tegen het plafond. Voor de units voor
LET OP
Uw product is van dit symbool voorzien. Dit betekent dat het product aan het eind van zijn levensduur niet
als het huisvuil weggeggoid mag worden maar op correcte en milieuvriendelijke wijze overeenkomstig
de van kracht zijnde plaatselijke en landelijke regelgeving afgevoerd dient te worden.
Het demonteren van de airconditioner alsmede de verwerking van het koelmiddel, olie en andere
onderdelen dient door een bevoegd installateur overeenkomstig de van toepassing zijnde wetgeving
uitgevoerd te worden.
Voor nadere informatie kunt u contact met de plaatselijke overheid opnemen.
Gegevens en maten aan mogelijke wijzigingen onderhevig zonder kennisgeving vooraf.
plafondbevestiging geldt dat het installeren
vlakbij een wand het leggen van de
leidingen vereenvoudigt.
Plaats het toestel op de montagesteunen.
Controleer of het toestel waterpas staat,
zodat het condenswater correct afgevoerd
wordt.
Afvoer van condenswater
De afvoerleiding van het toestel is flexibel
en kan aan de verschillende aansluitingen
aangepast worden. In de afvoerlijn dient
een sifon met een (U-vormig) kniestuk
opgenomen te worden. Sluit een plastic buis
met een buitendiameter van 16 mm aan (afb.
6).
Controleren van de afvoer
Controleer of het water goed afgevoerd
wordt (afb. 7).
Elektrische aansluiting
Voor een correcte installatie dient de unit
geaard te worden.
de
symbolen
In elk geval dienen de geldende landelijke
voorschriften in acht genomen te worden.
Controleer tevens de spanningsgrenzen.
Let erop dat de elektrische aansluitingen
goed vast zitten om oververhitting en
storingen te voorkomen.
en
te
Elektrische installatie
Maten
verticaal
op
Stroomvoor-
ziening
Onderlinge
aansluiting
(binnen/buiten)
en
het
Zekering
(K Kromme)
12
18
24
36
42
mm
2
3 x 2,5
3 x 4
3 x 6
5 x 2,5
0 x 0,25
A
13
20
25
16
20
NL
by johnson controls
Alvorens het installeren als
beëindigd te beschouwen
Controleren of:
- De spanning altijd tussen 198 -
254 V ligt.
- De doorsnede van de net-
spanningkabels minimaal
overeenkomt met de in de des-
betreffende schakelschema's
aanbevolen doorsnede.
- De afvoer van het condenswater
optimaal werkt en er geen le-
kken in het watercircuit zijn.
- De gebruiker aanwijzingen
omtrent de bediening heeft
gekregen.
- De gebruiker ingelicht is
omtrent de noodzaak van het
regelmatig reinigen van het
luchtfilter.
- Men aanwijzingen gegeven
heeft omtrent het onderhoud
of dat er een servicecontract
afgesloten is.
Elektrische aansluitingen
Fig. 8
EOKC 09, 12, 18, 24, 36 FS
BUITENUNIT
48
EOKC 36, 42, 48 FS
BUITENUNIT
20
BINNENUNIT
BINNENUNIT
11