1. Veiligheidsaanwijzingen
1.3 Boogd gebruik
Verpompen van smeermiddelen volgens de
in deze handleiding genoemde specificaties
binnen een centrale smeerinstallatie:
Bediening alleen door professionele gebrui-
kers in het kader van commerciële en econo-
mische werkzaamheden.
1.4 Voorzienbaar misbruik
Het gebruik in afwijking van het in deze
handleiding beschrevene is streng verboden.
Het gebruik is uitdrukkelijk verboden:
○ Buiten het aangegeven
bedrijfstemperatuurbereik
○ Met niet aangegeven bedrijfsmiddelen
○ Zonder geschikte overdrukklep
○ In continubedrijf
○ Op plaatsen met agressieve of corrosieve
stoffen (bijv. hoge ozonbelasting). Dit
kan afdichtingen en lakwerk negatief
beïnvloeden
○ Op plaatsen met gevaarlijke straling (zo-
als ioniserende straling)
○ Voor beschikbaarstelling, verpomping of
opslag van gevaarlijke stoffen en gevaar-
lijke mengsels overeenkomstig bijlage
I, deel 2-5 van de CLP-regelgeving (EG
1272/2008) en gemarkeerd met geva-
renpictogrammen GHS01-GHS06 en
GHS08.
○ voor het verpompen, doorgeven of bevo-
orraden van gassen, vloeibaar gemaakte
gassen, opgeloste gassen, dampen en
vloeistoffen, waarvan de dampdruk bij de
toegestane maximale bedrijfstempera-
tuur meer dan 0,5 bar boven de normale
atmosferische druk (1013 mbar) ligt.
1.5 Schilderen van kunststof onderdelen
Het schilderen van kunststof onderdelen of
-afdichtingen van de beschreven producten
is uitdrukkelijk verboden. Pomp voor het
schilderen van de machine waarvan hij deel
uitmaakt uitbouwen of kunststof onderdelen
afplakken.
NL
NL
1
9