Gebruiksaanwijzingen
Dit lange locomotiefmodel stelt bijzondere eisen aan uw
modelbaan.
Let a.u.b. op de volgende punten:
• De berijdbare minimale radius is 437,5 mm. Zowel bij het rijden
in krappe bogen als bij het berijden van wissels met krappe
bogen dient de snelheid aangepast te worden.
• Vermijdt zogenaamde tegenbogen in de planning van uw
baan. Met een tegenboog wordt een railsamenstelling bedoelt
waarbij een gebogen rail direct gevolgd wordt door een
gebogen rail in de tegenovergestelde richting. Soms is het
gebruik van een tegenboog in het railplan van de modelbaan
niet te vermijden (bijv. wisselstraat). Men dient er dan op te
letten, dat in de omgeving van de tegenboog niet ook nog een
wijziging in de stijging van de rails plaats heeft.
• Het begin en het einde van een stijging moeten afgerond
verlopen. Tussen twee aaneengesloten railstukken is een wi-
jziging in de stijgingshoek van 1 graad toegestaan. Daarnaast
moet er op gelet worden dat de railstukken in de stijgingso-
vergang minimaal 180 mm lang zijn. De overgang in de stijging
mag niet direct achter een boog liggen.
• Bij het oppakken de locomotief altijd met één hand en de
tender met de andere hand vasthouden, anders kan de
verbinding tussen loc en tender beschadigd raken.
• Alle railstukken moeten vlak op de ondergrond liggen. Een
doorgebogen rail kan een ontsporing veroorzaken.
• Opmerking voor het inbouwen van een digitaaldecoder:
deze loc heeft op de basisprint in de tender, in plaats van de
gebruikelijke analoogstekker in de scheidingplug, een elek-
tronicaprint (15 2052 00) die alleen bij analoog bedrijf gebruikt
wordt. Deze moet voor het inbouwen van de digitaaldecoder
verwijderd worden.
15