BEWAAR VOOR TOEKOMSTIGE REFERENTIE.
3.1 A
LGEMENE INSTRUCTIES
Gebruikers moeten een goede training krijgen in het gebruik, de afstelling en de
bediening van de machine, inclusief verboden handelingen.
1.
Lees de handleiding en alle instructies zorgvuldig door. Zorg ervoor dat u vertrouwd
raakt met de bedieningselementen en hun functies.
2.
Laat kinderen, personen met verminderde lichamelijke, zintuiglijke of geestelijke capaci-
teiten en personen die niet bekend zijn met deze instructies het apparaat nooit gebrui-
ken. Lokale voorschriften kunnen de leeftijd van de gebruiker beperken.
3.
Gebruik de machine nooit indien er mensen, kinderen in het bijzonder, of huisdieren in
de buurt zijn.
4.
Houd er rekening mee dat de gebruiker verantwoordelijk is voor ongelukken met an-
dere mensen en hun eigendommen.
5.
Gebruik deze machine niet als u moe, ziek of onder invloed van drugs, alcohol of medi-
cijnen bent. Een moment van onoplettendheid tijdens het gebruik van deze machine
kan verlies van controle veroorzaken en kan leiden tot ernstig lichamelijk letsel.
6.
De machine moet worden gebruikt bij daglicht. Niet gebruiken in omstandigheden met
onvoldoende licht.
7.
Gebruik de verticuteermachine niet op nat gras.
8.
Gebruik het apparaat terwijl u loopt.
9.
Wees vooral voorzichtig als u de machine draait of naar u toe trekt.
10. Stop het mes van de machine voordat u deze optilt of kantelt voor transport of onder-
houd. Til de machine nooit op en draag deze niet terwijl de motor draait.
11.
Gebruik de machine nooit met een beschadigde beschermkap, waaronder buffers en/of
mos-/grasopvangbak.
12.
Wijzig de instellingen van de motorregeling niet en draai de motor niet om.
13.
Start de motor voorzichtig. Houd uw voeten uit de buurt van het verticuteermes.
14. Reik nooit achter of onder de draaiende delen met handen of voeten. Houd altijd af-
stand van de uitwerper.
15.
Zet bij het uitschakelen van de motor de contactschakelaar in de stand 'UIT' of 'O'. Sluit
de benzineklep.
7
(NL)