• Meet de afstand tussen punten (a) en (f)
(Afbeelding I, 3).
• Als u een grotere afstand meet dan de Toegestane
Afstand Tussen (a) & (f) voor de bijbehorende
Afstand Tussen Wanden (D1) in de volgende
tabel, moet de laser worden nagezien in een
officieel servicecentrum.
• Draai de laser 180° zo dat voorste waterpasstip
wordt uitgelijnd met punt e (Afbeelding I, 4).
• Markeer de locatie van de tweede haakse straal als
punt (g) op de vloer zo dicht mogelijk bij punt (a)
(Afbeelding I, 4).
• Meet de afstand tussen punten (a) en (g)
(Afbeelding I, 4).
• Als u een grotere afstand meet dan de Toegestane
Afstand Tussen (a) & (g) voor de bijbehorende
Afstand (D1) in de volgende tabel, moet de laser
worden nagezien in een officieel servicecentrum.
Afstand (D1)
Toegestane afstand
a
6,0 m
9,0 m
15,0 m
De laser gebruiken
De laser waterpas stellen
Zolang als de laser correct is gekalibreerd, zal de laser
zelfnivelleren. Elke laser is in de fabriek gekalibreerd
zodat deze zichzelf kan nivelleren zolang als de laser
op een oppervlak staat met een hellingshoek kleiner
dan ± 4°. Handmatige aanpassingen zijn niet nodig.
Als de laser te veel is gekanteld kan de laser niet
zelfnivelleren (> 4°) en zal de laserstraal knipperen.
Er zijn twee knippercycli die een niet waterpas
indicatie aangeven.
• Tussen 4° en 10° knipperen de laserstralen constant
tussen
&
of
&
f
g
a
5,3 mm
7,9 mm
13,1 mm
• Bij een hoek groter dan 10° knipperen de stralen
steeds drie keer.
Als de laserstraal knippert. DE LASER STAAT NIET
WATERPAS (OF IN HET LOOD) EN MAG NIET
WORDEN GEBRUIKT OM EEN WATERPAS OF
LOODLIJN TE MARKEREN. Probeer de laser te
verplaatsen naar een vlakker oppervlak.
De magnetische draaibeugel
De laser is voorzien van een magnetische draaibeugel
(Afbeelding
) die permanent aan de laser
J 1
is bevestigd.
WAARSCHUWING:
Plaats de laser en/of beugel op een
stabiel oppervlak. Als de laser valt kan dit
ernstig persoonlijk letsel of schade aan de
laser veroorzaken.
• De beugel is ook voorzien van een schroefgat
(Afbeelding
), hiermee kan de beugel met
K
een spijker of schroef aan elk oppervlak
worden bevestigd.
• De beugel heeft een fijnafstelknop
(Afbeelding
) om u te helpen bij het uitlijnen
J 2
van de laserstralen. Plaats het apparaat op een
vlak, horizontaal oppervlak en draai de knop naar
rechts om de stralen naar rechts te verplaatsen, of
draai de knop naar links om de stralen naar links
te verplaatsen.
• De beugel heeft magneten
(Afbeelding
), hiermee kan de beugel op bijna
L 1
alle rechte oppervlakken van staal of ijzer worden
bevestigd. Veel voorkomende voorbeelden van
geschikte oppervlakken zijn metalen dwarsbalken,
stalen deuren en stalen balken. Voordat u de beugel
aan een balk bevestigd (Afbeelding
de metalen plaat (Afbeelding
kant van de balk.
NL
), plaatst u
L 2
) aan de andere
L 3
97