De Afstelling Controleren Jts; De Jts Afstellen - Beta 1461/C12A Instrucciones

19. Draai de moer van het rondsel van de riemspanner aan [11].
Aanspanmoment: 23-28 Nm.
20. Verwijder de afstelgereedschappen en de vastzetgereedschappen.
21. Monteer de bout van de behuizing van de oliepomp.
22. Breng de dop weer aan [9].
23. Monteer alle andere onderdelen weer in de omgekeerde volgorde van de
volgorde waarop u ze gedemonteerd heeft.
24. Draai de bouten van de krukasriemschijf [2] weer aan. Aanspanmoment:
23-28 Nm.
25. Aandraaien:
a. Bouten van de beugel van de rechtersteun van de motor [7].
Aanspanmoment: 45-55 Nm.
b. Moer en bouten van de rechtersteun van de motor [4] en [5].
Aanspanmoment: 50-60 Nm.

De afstelling controleren JTS

1. A456 gereedschap om de juiste stand van de nokkenas vast te stellen.
2. Verwijder de behuizing van het luchtfilter, de afzuigslang en de ventilatieslang
van de motor.
3. Laat de druk van de brandstof af en maak de brandstofslangen, de verdamper
en het onstekingsmodule los.
4. Maak de klem van de bedrading en van de koelvloeistof los om het deksel van
de distributie te verwijderen.
5. Verwijder de riem van de hulpdiensten en draai de krukas voorzichtig in de
normale draairichting van de motor, om de PMS op de vierde cilinder in
te stellen.
Opmerking: de nokbulten van beide nokkenassen moeten naar boven wijzen.
6. Breng het gereedschap A456 met behulp van de twee M6 schroeven aan,
die erop geschroefd zijn.
7. Duw tegen beide plaatsingspinnen en steek ze in de hiervoor bestemde gaten
van de riemschijven van de nokkenassen. Als het u niet lukt ze te plaatsen,
moet de afstelprocedure worden verricht

De JTS afstellen

1. Als de distributieketting of de ketting van de balansas of de rondsels of
de spanners moeten worden verwijderd, moet de afstelling worden verricht.
2. Stel de PMS op de vierde cilinder in (de nokbulten van beide nokkenassen
moeten naar boven wijzen).
3. Breng het gereedschap A456 met behulp van de twee M6 schroeven aan,
die erop geschroefd zijn.
4. Duw tegen beide plaatsingspinnen en steek ze in de hiervoor bestemde gaten
van de riemschijven van de nokkenassen.
5. Verwijder de bovenste slede van de ketting en de kettingspanner.
30
3
4