- De stekker moet gemakkelijk bereikbaar zijn om
het apparaat in geval van nood snel te kunnen
loskoppelen.
- Het apparaat is het efficiëntst wanneer het ge-
bruikt wordt in een ruimte met een omgevings-
temperatuur tussen 12 en 32ºC.
- Voor een optimale efficiëntie moet men het
apparaat installeren op een koude muur (een
buitenwand) en onder een raam. De voor venti-
latie bestemde ruimte moet altijd vrij gehouden
en niet geblokkeerd worden.
- Het apparaat enkel in werking stellen als de
muursteun of de basis/poten goed vastgeklikt zijn.
- Het apparaat beschikt over een muursteun (F),
die aan de muur bevestigd moet worden.
- Controleer dat het apparaat bevestigd is met
de schroeven en veilig vastzit. Gebruik hierbij
alleen de gaatjes die door de fabrikant zijn
aangebracht om schade aan het apparaat te
voorkomen.
MONTAGE VAN DE MUURSTEUN:
- Het apparaat beschikt over een muursteun (F)
Het apparaat beschikt over een muursteun .
- Plaats de muursteun op de gewenste positie en
markeer de boorgaten, rekening houdend met
de eerder genoemde afstanden tot voorwerpen
in de omgeving. (Fig.1).
- De aangeduide gaten boren en de pluggen erin
steken.
- De steun plaatsen door de gaten met de plu-
ggen te laten overeenkomen en vastschroeven
(Fig.1).
- Zich ervan verzekeren dat de steun zodanig is
vastgeankerd dat het ten minste het dubbele
van het gewicht van het apparaat kan dragen.
- Plaats het apparaat in de muursteun.
MONTAGE VAN DE WIELEN:
- Plaats het apparaat ondersteboven om de
wielen te monteren.
- Bevestig de wielen op het lichaam van het
apparaat met behulp van de schroeven (G) die
bij het apparaat geleverd zijn.
- Zet het apparaat weer rechtop en controleer dat
de wielen goed werken.
GEBRUIKSAANWIJZING
OPMERKINGEN VOORAFGAAND AAN HET
GEBRUIK:
- Breng het apparaat in gereedheid in overeens-
temming met de gewenste functie:
GEBRUIK:
- Rol het snoer helemaal af alvorens de stekker in
het stopcontact te steken.
- Steek de stekker in het stopcontact.
- Zet het apparaat aan met de aan-/uitschakelaar (A)
- Zet het apparaat aan met de aan-/uitknop (1).
- Bij het eerste gebruik verschijnt het volgende op
het LCD scherm:
INSTELLING VAN DE DATUM EN DE TIJD
- De datum en de tijd worden linksboven op het
LCD scherm (I) en (II) weergegeven.
- Druk op(3) om de tijd in te stellen. Druk op (4) of
(5) om de uren te verhogen of verlagen.
- Druk op de knop (3) om de minuten in te stellen.
Druk op (4) of (5) om de uren te verhogen of
verlagen.
- Druk op de knop (3) om de dag in te stellen.
Druk op (4) of (5) om de dag te selecteren.
1
Maandag
2
Dinsdag
3
Woensdag
4
Donderdag
5
Vrijdag
6
Zaterdag
7
Zondag
- Druk op (3) om de gekozen instelling te beves-
tigen en het instellen van de datum en de tijd te
beëindigen.
PROGRAMMASELECTIE
- Druk op (2) om het programma in te stellen.
- Druk op (4) of (5) om het gewenste programma
te selecteren, en druk vervolgens op (2) om de
instelling te bevestigen.
- Vrij
- Dagelijks
- Wekelijks
- Raamsensor