De timer kan worden onderbroken door tegelijkertijd
op de twee aanvoertoetsen te drukken.
Een korte signaaltoon geeft aan dat de timer is on-
derbroken.
2.4.1 T
AAN / UIT
IMERFUNCTIE
De timerfunctie kan algemeen worden geactiveerd en
gedeactiveerd:
Daartoe:
• Apparaat uitschakelen.
• Beide aanvoertoetsen indrukken en ingedrukt hou-
den.
• Apparaat inschakelen, aanvoertoetsen ingedrukt
blijven houden:
• Korte signaaltoon: timerfunctie wordt
gedeactiveerd
of
• Lange signaaltoon: timerfunctie wordt
geactiveerd
• Aanvoertoetsen loslaten.
2.5 Vulpeilindicatie en
resthoeveelheid
2.5.1 V
ULPEILINDICATIE
Met behulp van de vulpeilindicatie (C, afbeelding 3)
kan worden ingeschat, hoeveel er nog in een patroon
zit.
Bij een nieuwe of zeer volle patroon is de wijzer in het
begin nog niet te zien in het kijkvenster.
Deze verschijnt pas, nadat de zuigers ca. 25 mm in
de patroon zijn geschoven.
2.5.2 R
ESTHOEVEELHEIDHERKENNING
De Duomix beschikt over een elektronische resthoe-
veelheidherkenning. Wanneer een patroon zo ver
leeg is dat de resterende hoeveelheid afdrukmate-
riaal nog toereikend is voor het vullen van ca. één
afdruklepel, dan begint de gele LED
„resthoeveelheid " (I, afbeelding 3) te branden.
3. Reiniging / onderhoud
Voor reiniging het apparaat alleen vochtig afnemen.
Geen oplosmiddelen bevattende of
schurende reinigingsmiddelen gebruiken.
3.1 Reiniging van het interieur
Wanneer de zuigers zijn ingeschoven kan de pa-
troonschaal eenvoudig worden gereinigd. Voor het
verwijderen van resten op de drukschotels of de
spilafdekkingen kunnen de zuigers, zonder geplaats-
te patroon, in een daarvoor geschikte positie worden
gebracht.
NL
Tijdens het reinigen NOOIT de spillen rei-
nigen. Het vet op de spillen is nodig om de
assen goed te laten lopen.
Tip:
Tip:
Verontreinigingen door uitgelopen afdrukmateriaal
Verontreinigingen door uitgelopen afdrukmateriaal
kunnen het best met een droge lap of een papieren
kunnen het best met een droge lap of een papieren
doekje worden verwijderd.
doekje worden verwijderd.
3.2 Desinfectie
Voor desinfectie nooit hete damp
gebruiken!
Voor desinfectie kunnen de volgende middelen wor-
den gebruikt:
• Incidur Spray (Ecolab)
• Incides N reinigingsdoekjes (Ecolab)
Zorg na de desinfectie voor voldoende ventilatie, om
te voorkomen dat er een explosiegevaarlijke omge-
ving ontstaat.
3.3 Vervangen van de
drukschotels
Door de wrijving van de drukschotels langs de bin-
nenwand van de patroon zijn de drukschotels aan
slijtage onderhevig. Te sterk versleten drukschotels
kunnen de foliezakjes beschadigen.
Om de drukschotels te vervangen gaat u als volgt te
werk:
1. Laat de zuigers terugkeren naar hun uitgangsposi-
tie en verwijder de patroon.
2. Sluit de klep van het apparaat en breng de zuigers
ca. 1/3 naar voor (afbeelding 9).
3. Open de klep van het apparaat, trek de stekker uit
het stopcontact.
4. Maak de bevestigingsbout van de drukschotel los
(afbeelding 10), verwijder de drukschotel en de
steunschijf.
5. Schuif een nieuwe steunschijf op de spil
(afbeelding 11).
6. Plaats een nieuwe drukschotel (afbeelding 12).
7. Schroef deze met een nieuwe bout (met onderleg-
ring) vast (afbeelding 13).
8. Sluit de klep van het apparaat en laat de zuigers
terugkeren naar hun uitgangspositie.
De bouten voor de drukschotels zijn voorzi-
en van een speciale coating, die voorkomt
dat de bouten vanzelf losgaan. Daarom
moet u bij vervanging van de drukschotels
ook altijd een nieuwe bout gebruiken.
3.4 Vervangen van de
apparaatklep
1. Laat de zuigers terugkeren naar hun uitgangsposi-
tie en verwijder de patroon.
2. Sluit de klep van het apparaat en breng de zuigers
ca. 1/3 naar voor (afbeelding 9).
3. Maak de bouten van de drukplaat los
(afbeelding 14) en draai ze er ca. 5 mm uit.
- 44 -