op de seriële poort van de computer, en het andere uiteinde op uw Suunto X6/X6M
aan te sluiten. U kunt ook gebruik maken van de USB poort met een seriële/USB
adaptor.
De wristop wordt automatisch naar de data transfer mode [gegevensoverdrachts-
modus] geschakeld.
Zodra de kabel is aangesloten kunt u de Suunto Activity Manager openen. De logboeken
van de Suunto X6/X6M worden in de loglijst weergegeven. Als u de logs naar de
juiste mappen sleept en daar laat staan worden ze op de harde schijf van uw
computer opgeslagen. Zodra u de logs heeft ge-upload, kunt u ze met behulp van de
Suunto Activity Manager uit de Suunto X6/X6M verwijderen om meer ruimte vrij te
maken voor nieuwe logs.
Zie voor meer informatie de Help van de Suunto Activity Manager. U kunt de Helpfunctie
activeren door op het pictogram in de rechter bovenhoek van het display te klikken.
Voor stapsgewijze instructies kunt u ook de handleiding van de Suunto Activity
Manager bekijken. U krijgt toegang krijgen tot de verkorte handleiding door op de ? te
klikken in Suunto Activity Manager Help.
4.1.2. De features van de Suunto Activity Manager
Gebruikers
U kunt een gebruikersprofiel aanmaken en gegevens over uzelf en uw Suunto X6/
X6M toevoegen. Het aanmaken van gebruikersgegevens is nuttig als u meerdere
wristop computers heeft die u met dezelfde computer wilt gebruiken, of als meerdere
gebruikers dezelfde wristop computer gebruiken—met de gebruikersgegevens kunt
u altijd de juiste gegevens, zoals logs, vinden.
Voor elke gebruiker is er tevens een eigen, aangepast deel voor gebruikersspecifieke
54