Verwerking van de registratieset CRS Set 10
1. In het tandtechnisch laboratorium worden anatomisch
gevormde beetsjablonen gemaakt, die bij de tandarts wor-
den afgeleverd.
2. De op de achterzijde van de meetschaal van de Papillame-
ter aangebrachte steun wordt bij de patiënt op de papilla
incisiva geplaatst. De meting gebeurt met behulp van de
schaal, bij een ontspannen bovenlip. Het is aan te bevelen
deze meting een tot twee keer te herhalen, om een betrouw-
baar meetresultaat te behalen. Dit dient om de hoogte van
de waswal te berekenen.
112
3. De Papillameter wordt op de papilla incisiva van het mees-
termodel gelegd en de op de patiënt gemeten grootte wordt
overgebracht op een passer of een Schuifmaat. Als referen-
tiepunt op het model is de sokkelrand het meest geschikt.
Deze meting wordt toegepast op de hoogte van de waswal.
4. De in het laboratorium gemaakte bovenkaaksjabloon
wordt in de mond geplaatst en de pasvorm wordt gecontro-
leerd. De bipupillaire lijn en het vlak van Camper worden
met behulp van de Beetvork gecontroleerd en eventueel met
de Rim Former gecorrigeerd. De gebogen rand van de Rim
Former wordt tegen de uitlopers van de tuber geplaatst. De
verwarmde Rim Former wordt naar voren tegen de waswal
gedrukt. Zodoende wordt de gehele waswal parallel op de
gewenste hoogte afgesmolten.
NL
113